1937.01

“Kracht van Omhoog”.

Gij zult ontvangen de kracht des Heiligen Geestes. (Hand. 01:08).

De Here had een bijzonder doel met Zijne discipelen. Zij waren niet gered, alleen om zalig worden, doch ook om getuigen te zijn van wonderbare Evangelie van verzoening en verlossing. Daartoe hadden zij kracht nodig. Het kan heel goed mogelijk zijn geweest, dat discipelen zelf nog niet eens doordrongen waren van de behoefte aan kracht voor den arbeid, waartoe zij geroepen waren. De Meester daarentegen, was maar al te goed bekend met behoeften Zijner volgelingen en beloofde hun daarom kracht.

Er was kracht nodig om het oude leven af te leggen, kracht om den wil van God kunnen doen, kracht om van Gods liefde getuigen, kracht om te leven tot eer van God, kracht om zo nodig, den martelaarsdood te sterven. Welnu, deze kracht was niet in discipelen aanwezig. Die kracht ligt buiten het menselijk wezen; buiten onze natuur. Niets meer en niets minder, dan een bovennatuurlijke kracht was nodig. de kracht van de Heilige Geest.

Deze kracht des Heiligen Geestes is een wonderbare kracht. Een scheppingskracht, een kracht instandhouding van het geschapene, tot het afwerpen van het zondige en het verkeerde, een kracht tot overwinning over de zonde.

Christus zeide: “Gij zult ontvangen” De be­lofte van Christus was aan geen twijfel onder­hevig. Die belofte zou zich realiseren, zou een werkelijkheid worden in het leven van Zijne volgelingen. Dank God, die kracht kwam. De apostelen getuigden, zondaars werden bekeerd, kranken gezond gemaakt, ja. zelfs doden wer­den opgewekt.

Zonder die kracht zouden zij niet in staat ge­weest zijn, de roeping van Christus te vervullen, den arbeid te verrichten, de leer van Christus om te zetten in daden. Met die kracht gin­gen zij voort, van overwinning tot overwinning.

Daarom zegt dan ook de Apostel Paulus: “Ik vermag alle dingen door Christus, die mij kracht geeft.

Gij zult ontvangen de kracht des Heiligen Geestes …. Die belofte is voor ieder kind van God, gelijk ook geschreven staat: “Want u komt de belofte toe, en uwen kinderen, en allen die daar verre zijn, zovelen als er de Here onze God toe roepen zal”.

Zijt gij U bewust van Uw behoefte aan de kracht des Heiligen Geestes? Verlangt gij naar de kracht, om te doen die dingen, die Uw God behagen? Strekt gij U uit naar de over­winning over zonde en zondemacht? God heeft U kracht beloofd. Er is kracht voor U, lief kind van God, want de Here die beloofd heeft, is getrouw. Zijn woord zegt ons, dat de Hemelse Vader den Heiligen Geest zal geven, degenen die Hem bidden.

(Hand. 01:18; Luc. 11:13; Filip. 04:13).

N.V.

 

God kan ons bewaren.

Een man wiens hart diep bewogen was door het sterven van zijn vriend, gaf het verlangen te kennen om ook een waar Christen te worden en deelde dit een prediker mede. “ Maar daar is één ding, dat me nog tegenhoud. Ik ben bang dat ik het niet kan volhouden. U weet waar ik werk; daar zijn sommige zeer ruwe kerels.”

Als antwoord nam de prediker een schone bloem uit een vaas en sprak: “Vriend, ziet ge deze bloem? Ze groeide in modder en slijk van een moeras en ziet toch, hoe rein en zonder vlekken zij is. Dat komt omdat God haar bewaarde. En zo kan Hij ook u bewaren.”

 

De kracht van omhoog.

En ziet, Ik zend de belofte Mijns Vaders op U, maar blijft gij in de stad Jeruzalem, totdat gij zult aangedaan zijn kracht uit de hoogte”.

(Luc. 24:49).

 

Kracht van omhoog.

Dit waren wel bijkans de laatste woorden, die Jezus sprak, voordat Hij ten hemel voer. Het is een Heilig testament, wat Hij Zijn jongeren achterliet en daardoor ook aan allen, die Hem die Hem oprecht liefhebben. We lezen dan ook in (Hand. 01:08); “maar gij zult ontvangen de kracht des Heiligen Geestes, die over u komen zal”. Hoewel de Heiland Zijn discipelen een geweldige taak toevertrouwde, n.l. dit, om in de gehele wereld het Evangelie der liefde Gods te prediken, toch klinkt eerst het bevel: “blijf in  Jeruzalem totdat gij zult aangedaan zijn met de hoogte”.

Groot en machtig was die opdracht, maar nog groter was hun behoefte om kracht van omhoog te ontvangen, om het bevel des Heren uit te voeren en dat rijke evangelie te prediken. Niet als een dogma of een historisch evangelie, maar als de kracht Gods tot zaligheid, voor eenieder die gelooft. En de dagen die zij doorbrachten in gebed, daar in Jeruzalem in de opperzaal, waren geen dagen, die vergeefs waren. Kan men spreken van vergeefs in de tegenwoordigheid Gods? Wat de christenheid in zijn algemeenheid, juist zo krachteloos doet zijn, is het niet, om­dat men niet wacht op de kracht van omhoog?

Men is ijverig in het werk des Heren. Plan­nen worden gemaakt en uitgevoerd. De werken worden vermeerderd. En toch voelt men onder dat alles een moedeloosheid, een zwakheid en krachteloosheid, die ons verlamt. Hoe komt dat? Wel men toefde niet lang genoeg in Jeruzalem, om te ontvangen de kracht van omhoog. Is men wel aangedaan met de kracht des Heiligen Geestes?

De 120 discipelen bleven zo lang in eendrachtelijk gebed, totdat de kracht van omhoog over hen kwam. En dan kunnen zij gaan in de kracht des Geestes, teneinde het Evangelie uit te dragen. Zij kunnen nu staan tegen alle boze machten, die op hen losstormen. Het boek Han­delingen der Apostelen getuigt daarvan.

Deze belofte Gods was niet alleen voor de Christenen der eerste gemeente, maar die belofte is voor ieder; want ook de nood des harten is nog altijd dezelfde. Wanneer wij zo in de we­reld rondblikken en alles aanschouwen, dan zien wij de grote noodzakelijkheid, voor ons als kin­deren Gods, om deze kracht van omhoog te ont­vangen en staande te blijven in dezen ernstige, veel bewogen tijd, waarin wij leven. De zonde neemt meer en meer de overhand: ongerechtigheid vermeerdert zich. Satan en zijn trawanten steken steeds driester hun koppen op. De afgrond opent zich en een modderstroom van onreinheid wordt over het mensdom uitgestort.

Hoe zullen we kunnen staande blijven? Zal het zijn een steunen op onze ervaringen, of op onze Christelijke opvoeding? Neen, niets zal ons kunnen baten dan alleen aangedaan worden met kracht van omhoog. “Als de vijand zal komen gelijk een stroom, zal de Geest des Heren de banier tegen hem oprichten.” (Jes. 59:19).

We zouden ons de vraag kunnen stellen, waar­om zo weinig kracht, waarom zo vaak neder­laag in het geestelijk leven. En als we die vraag oprecht willen beantwoorden, dan moeten wij tot deze slotsom komen: men heeft de kracht van omhoog verloren; men heeft veel over den Chris­tus gesproken en geschreven, maar Hij is nog te weinig een levende werkelijkheid in ons le­ven geworden. Want het is niet alleen Christus voor ons, met ons, maar Christus in ons de kracht Gods.

Willen wij leven een leven in de kracht van omhoog, dan is het noodzakelijk, dat gelijk de eerste Christelijke gemeente, men gaat naar de plaats waar deze kracht van uit de hoogte is te vinden, en dat is op onze knieën, in gelovig gebed zich volkomen stellen voor God. Ja, onze Krachteloosheid belijden en Hem gelovig zoeken, totdat Hij ons aan zal doen met kracht van omhoog.

En voor welk doel zoeken wij deze kracht van omhoog? Gods woord geeft ons het antwoord: en gij zult Mijne getuigen zijn “. En om ware getuigen te kunnen zijn, ook in onzen tijd, is het nodig dat wij Zijn aangezicht zoeken, totdat Zijne kracht over ons komt en we zo vervuld worden met Zijne hemelse kracht, dat wij dit Heilig dynamiet in ons voelen werken in dit boos en overspelig geslacht.

We behoeven niet zonder kracht te blijven. God heeft wonderbaar voorzien en roept ons toe: ‘Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde” Niet enkel de hemel is vol van Zijn kracht, maar ook op aarde wil God zich door den Heilige Geest in kracht openbaren.

Wat is nodig voor ons?

1e: een erkentenis van onze krachteloosheid:

2e: een komen tot Hem, de bron van alle kracht.

En daarom geldt het voor ieder van ons “terug naar Jeruzalem, totdat we aangedaan zijn met kracht uit de hoogte”. Ons bewustzijn der krachteloosheid moet ons uitdrijven, niet het te zoeken onszelf, want in onszelf is geen kracht, maar het komen in geest en in waarheid tot de bron van kracht, en dat is Christus en Christus alleen. De nood van uw eigen hart vraagt dat en ook de nood der wereld roept het ons toe: ga naar Jeruzalem en wacht, totdat de kracht van Omhoog tot u komt, en dan, gelijk eens Christus in de kracht des Geestes kwam naar Galilea om Zijn werk hier op aarde te vervullen, zo kunt gij dan gaan in deze wereld om ook werk voor den Meester te verrichten, zo te Jeruzalem als in geheel Judea en Samaria, tot aan het uiterste der aarde”.

  1. K.

 

Kruisdragen.

Volgens het Nieuw Testament wordt met het kruis dragen geen menselijke ervaring bedoeld, maar een godsdienstige houding. Het kruis van Christus, en het kruis, dat wij Christus achterna moeten dragen, is maar niet het droevig lot op zichzelf, dat den mens verder moet brengen, doordat hij het zo goed mogelijk verduurt, maar het leed dat aanvaard wordt van anderen.

Het kruis dient nooit om het eigen ik te red­den, maar steeds om de zelfverloochening, die anderen wil zegenen. Lijden is op zichzelf geen verdienste, zegenend zelfverlochenend lijden om anderen – dat is kruis dragen.

Er is ook geen zelfverloochening, zoals God ze bedoelt, zonder Christus, omdat er zonder Christus geen zelfkennis bestaat en omdat slechts zelfonderzoek tot zelfverloochening leiden kan.

 

Uit den arbeid.

Amsterdam.

De Pinksterdagen waren zeer gezegend. We hielden enkele bidstonden voor die dagen en kon­den zo onze harten toebereiden voor een nieu­we uitstorting des Heiligen Geestes, want we kunnen niet leven op ervaringen van het verle­den; alleen een altijd vervuld worden kan de ziel voldoen. Heerlijk en nieuw kwam weer de Pinksterboodschap tot onze harten. Alleen een Schriftuurlijke vervulling des harten geeft een al­tijd voortdurende voldoening.

Woensdagavond 19 Mei hadden wij bezoek voor slechts één avond van de Broeders Abell van Java, Endersen en Rosenvinge, voorgangers van Pinkstergemeenten uit Denemarken. Het was een wonderbare avond. Heerlijk en ernstig spra­ken onze broeders uit het woord Gods. God was in ons midden en openbaarde zich op krachtige wijze. In de uitnodiging die wij hielden kwamen velen naar voren om den doop des Geestes te zoeken en velen ontvingen dien avond hun doop, volgens Hand. 2:4. Het was als een wind des Geestes die plotseling over ons kwam. Hier hield menselijke leiding op en de Heilige Geest, nam de leiding. Men kon slechts mede loven en prij­zen. Wat een honger en dorst was daar naar de levende stromen.

Velen waren verslagen en dachten: “wat wil dit toch zeggen” en het antwoord is: dit is het wat gesproken is door den Profeet Joel”. (Hand. 02:16-21).

 

Haarlem.

In April hadden wij aldaar een tweedaagse Conferentie, die ook zeer gezegend was. Pastor Hacking van Engeland was ook die dagen aanwezig en diende mede in het brengen van het brengen van het woord Gods. God werkt ook wonderbaar in deze gemeente en nieuw leven breekt ook daar door. Ere zij Zijn naam.

 

Hilversum.

We kunnen terugzien op een gezegenden Hemelvaartsdag in Hilversum. Vanuit Amsterdam waren 70 broeders en zusters gekomen, per trein of per fiets. Ook uit Haarlem was er een 30tal. Wel kwam even de gedachte bij ons op: Hoe zullen wij allen plaatsvinden in ´Paran” te Hilversum. De broeders hadden echter goed gezorgd; vele extra stoelen waren bijgezet. Dankbaar waren we, dat we met de gemeente uit Hilversum die dag samen konden zijn en God heeft ons niet beschaamd.

De morgensamenkomst was heerlijk en ernstig het woord dat ons kwam. Dank God; we weten dat Christus hemelvaart het teken is van onze hemelvaart die aanstaande is. ’s Middags waren we vergaderd in het prachtige Spaanderswoud, Nu en dan scheen de zon.

Ook hier was alles goed verzorgd. Stoelen voor ouden van dagen, een flink platvorm, enz.

Het deed ons goed enkele vurige getuigenissen te horen en ook het woord van broeder Hacking uit Blackbrum was ernstig en beslist, als ook het woord wat door de broeders gebracht werd.

Al heel spoedig was daar de laatste samenkomst, die wederom in de zaal werd gehouden. Weldra was de zaal geheel gevuld met een schare van opgewekte en blijde Pinksterkinderen. Het was een heerlijke samenkomst; we werden bepaald om bereid te zijn voor onze hemelvaart.

Veel te vlug naar onzen zin moest deze samenkomst gesloten worden, mede, omdat de broeders en zusters uit andere gemeenten weer huiswaarts keren.

Wij danken U allen, Hilversummers, voor uw moeiten en goede zorgen en we bidden, als Jezus vertoeft te komen, dat we nog eens zo samen mogen zijn.

 

Scheveningen.

De 2e Pinksterdag had ik het voorrecht om samenkomsten aldaar bij te wonen, die ook zeer gezegend waren. Daar was een diep verlan­gen naar de volheid des Geestes, hetgeen merk­baar was in de verkondiging van het woord Gods, hetwelk gebracht werd, als in de gebeden.

Een korte bidstond na de avondsamenkomst, besloot ook weer dezen dag. En zo is God over­al bezig Zijn volk toe te bereiden voor Zijne komst.