Levend Geloof 1978.01 nr. 178

Wees sterk! Door Gert Jan Doornink

Eén van de kenmerken van het evangelie van Je­zus Christus is, dat het een boodschap is die oproept om sterk en krachtig te zijn. De kracht van God behoort tot uiting te komen in het le­ven van iedere gelovige. Zoals Jezus Christus Overwinnaar was over satan, zo zijn ook wij met Hem overwinnaars! Een waarachtig volgeling van Jezus Christus kan met Paulus danken dat het waar is, wat deze apostel eens schreef aan de Gemeente te Korinthe: “God zij gedankt, die ons te allen tijde in Christus doet zegevieren” (2 Kor. 02:14).

Gods kracht is in iedere gelovige werkzaam door de Heilige Geest. Het is daarom geen “natuur­lijke kracht”, want voor een kind van God heeft het woord ‘kracht’ een geheel andere betekenis dan voor iemand die niet gelooft. Uiteraard heeft ook hij te maken met de verschillende vormen van natuurlijke kracht in het dagelijkse leven. Maar voor hem is er een andere dimensie van kracht bijgekomen, de geestelijke kracht, waarvan God zegt, dat we zonder deze kracht niet optimaal kunnen functioneren als instru­ment in Zijn hand. Vlak voordat Hij deze aarde verliet zei Jezus: “Gij zult kracht ontvangen, wanneer de Heilige Geest over u komt, en gij zult Mijn getuigen zijn….”(Hand. 01:08).

Daarom willen wij 1978 verder doorgaan, door te vertrouwen op Gods kracht in iedere situatie en bij al het werk wat wij als Zijn kinderen in Zijn dienst mogen doen. Zoals God eens sprak door middel van de profeet Haggaï, spreekt Hij ook tot ons: “Wees sterk, Zerubbabel, luidt het woord des Heren, en wees sterk, Jozua, zoon van Jozadak, hogepriester, en wees sterk, al gij volk des lands, luidt het woord des Heren, en gaat aan het werk, want Ik ben met u, luidt het woord van de Here der heerscharen, overeenkoms­tig het woord dat Ik u beloofd heb, toen gij uit Egypte toog, en mijn Geest in uw midden stond: Vreest niet” (Hagg.  02:05-06).

Laten we krachtig zijn in de Here en in de sterkte Zijner macht! (Ef. 06:10).

 

Notities door Gert Jan Doornink

Cliff Richard en de gospelsongs

“Ik ben niet bang voor rock en roll”. Onder deze titel komt in het decembernummer van “Aktie”, het maandblad van “Youth for Christ”, een interview voor met Cliff Richard, de bekende Engelse popzanger.

Over zijn bekering zegt Cliff Richard: “Ik kwam in contact met het geloof, toen ik nog samen met The Shadows speelde. Ongeveer vijftien jaar geleden was Brian boeking nog lid van de groep. Hij was Jehova’s getuige. Hij interesseerde me voor de bijbel en de bijbel interesseerde me voor het christendom. Van­af dat moment heb ik met veel mensen over het ge­loof gepraat. En twaalf jaar geleden kwam ik tot de ontdekking, dat ik echt in Jezus was gaan geloven. Toen zei ik: “Jezus’, ik weet nu dat U er bent. Alstublieft, kom in mijn leven”. Ik ben ervan over­tuigd, dat Hij vanaf dat moment in mij leeft”.

De meesten van onze lezers zal het bekend zijn dat Cliff Richard behalve evangelieliederen ook gewone wereldse liederen zingt. Hijzelf geeft daar de vol­gende verklaring voor: “Lange tijd hebben de men­sen gedacht, dat rock en roll niet gecombineerd kon worden met christendom. Sommige mensen denken dat rock en roll slecht is. Maar muziek op zichzelf is nooit slecht, muziek is neutraal. Het gaat er al­leen om wat wij ervan ma­ken. Als christen kan ik rock en roll zingen en zo God verheerlijken. God be­handelt ons christenen als individuen. Van sommigen wil God dat ze alleen maar gospelmuziek zingen. Fijn. Maar ik zing ook gewone songs. Wie kan mij uitleg­gen, dat ik daar verkeerd aan doe? Ik kan niet voor iemand anders antwoord ge­ven, een ander ook niet voor mij. Daarom is het zo belangrijk, dat we bidden. God zelf moet ons duidelijk maken wat Zijn wil voor ons leven is. Voor ieder mens zal Gods weg met hem weer anders zijn. Ik doe bij­voorbeeld heel ander werk dan Billy Graham, maar toch werken we met hetzelfde doel. 7>o is het ook in de muziek: de ene zingt die liederen, de andere die”.

Cliff Richard vervolgt: “Gospelsongs bereiken vrij­wel nooit de hitparade. In Amerika zijn ze met de gos­pelmuziek veel verder dan hier, maar zelfs daar lukt het niet. Met christelijke muziek val je niet goed bij de critici. Als zij de gospelmuziek eens gewoon als muziek gingen beschouwen, waren we al een stuk ver­der. George Harrison zingt in zijn songs over het Boeddhisme – niemand stoort zich eraan, Seals and Croft zingen over het Bahai-geloof – niemand stoort zich eraan; waarom mag een christen dan niet zingen over wat hij gelooft? Het gaat er toch om of zo ’n lied goed is of niet. Zo’n song als Why should the Devil have alle the Good Music, dat is toch een fan­tastisch rocknummer. De mensen moeten eens objectief naar de gospelmuziek luisteren en tot de conclusie komen, dat het gewone songs zijn. Ik geloof, dat de aversie tegen gospelmu­ziek een gevolg is van het feit, dat Jezus een beroep doet op de mensen”. Tot zo­ver Cliff Richard.

Op deze laatste opmerkingen willen we toch even inha­ken. Inderdaad zijn wij het met de opmerking eens, ‘dat de tegenstand tegen gospel­muziek vanuit de wereld, vooral veroorzaakt wordt, doordat men de inhoud van de liederen niet wil aan­vaarden. Maar dan hoeft men zich ook niet druk te maken of de liederen al of niet de hitparade bereiken.

Iemand die de Heer werke­lijk dient zal eerder be­spotting en vervolging moe­ten incasseren, dan waarde­ring en bewondering.

Daarom heb ik persoonlijk meer waardering voor zangers en zangeressen die de showbusiness radicaal de rug hebben toegekeerd. Zo­als in Nederland Gert en Hermien. Of zoals het ook in Nederland bekende Noors-Amerikaanse zangeres­je Evie Tornquist, die in “Gouden Schoven” zegt: “Er bestaat een ongelooflijke behoefte om mensen voor Christus te winnen, maar voor mij bestaat er maar één manier: de natuurlijke en de eerlijke. Om de men­sen eerst met een trucje te lokken en dan toe te slaan is mijn stijl niet. Er zijn er die wereldse en geeste­lijke nummers in hun con­certen combineren, en ik wil niets in hun nadeel zeggen, maar persoonlijk ligt mij dat niet”.

“Wandelt door de Geest en voldoet niet aan het bege­ren van het vlees”, zegt Paulus in Galaten 5. Als vleselijke elementen over­heersen, in de presentatie van gospelsongs, vraag ik mij af wat het effect is van een dergelijke “evangelieverkondiging”. Dan sluit het alleen maar aan bij de muzikale gevoelens van onbekeerden, zonder dat het hen oproept tot be­kering.

Evangelist Ben Hoekendijk vertelt in “Opwekking” hoe hij onlangs in Musis Sacrum te Arnhem watjes bij de kassa kreeg uitgereikt bij het concert dat de gospel­zanger Larry Norman daar gaf. “Opwekking”: “En ze waren wel nodig. Tegenwoor­dig geldt voor zo’n concert niet de vraag: was het mooi maar vooral: was het hard?”

Deze en andere onnatuurlij­ke elementen zijn niet tot eer van de Heer en behoort iedere waarachtige christen af te wijzen. Gelukkig zijn er ook talrijke oprechte gospelzangers en zangeres­sen en groepen, die op “normale” wijze optreden en vooral ook veel jonge men­sen bereiken. Maar ik ge­loof dat ze het best tot hun recht komen, en vrucht­baar zijn in dienst van de Meester, als ze een onderdeel vormen van de samenkomsten, campagnes en conferenties waar het woord in al zijn volheid gebracht wordt door met de Heilige Geest gezalfde predikers.

 

Openbaren wij het Koninkrijk Gods? door H. J. Glasbergen

Het koninkrijk Gods

Om geestelijk volwassen te worden, hebben wij goed voedsel nodig. En we moeten hongeren en dorsten naar gerechtigheid. Naar de mate wij geven, zullen wij ook ontvangen. In het Konink­rijk Gods is leven en over­vloed, bij Hem is geen te­kort.

Het eerste koninkrijk (het paradijs) is weggenomen van de mens. Koning Jezus is met Zijn rijk teruggekomen om alles te herstellen, wat geroofd was van de eerste mens. Hij zegt: Zoekt eerst het Koninkrijk Gods en Zijn gerechtigheid en alles wat wij nodig hebben in dit le­ven, zal ons geschonken worden. (Matt. 06:25-35).

Alles is bij God, maar dan ook letterlijk alles, dat is de ganse volheid Gods, ons in Jezus Christus ge­schonken.

Dit Koninkrijk Gods komt men alleen binnen door we­dergeboorte, door geboren te worden uit water en Geest, uit God geboren. Wie langs deze Goddelijke weg binnenkomt, en daarin func­tioneert, is daarin voor eeuwig bevestigd. Het voor­beeld van het mosterdzaadje is het meest duidelijke, hoe de groei in het Konink­rijk Gods plaats vindt. Zo ook het doel. De rechtvaardigen moeten groeien tot een boom der gerechtigheid, om veel vrucht te dragen en voor velen een schuilplaats te zijn tegen de boze mach­ten.

De rijksgenoten van het Ko­ninkrijk zijn rein en hei­lig en vormen een volk dat groeit naar een staat van vlekkeloosheid en zonder – rimpel. Dit volk is van de beginne Gods doel geweest. Wat in de tijd van Noach gebeurd is, is voor ieder duidelijk. Hij wil een volk dat geestelijk volwassen is, naar het beeld van onze Meester. “Deze zijn het, in wie Ik Mijn welbehagen heb”. Zoals Hij van de Zoon sprak, zo spreekt Hij ook van de gemeente. Onze Koning is aan de troon van de Vader en Hem is gegeven alle macht in de hemel en op de aarde. En Hij heeft de gemeente be­trokken in het plan van God. Hij heeft niet alleen de vijand onttroond, maar deze ook onderworpen aan de kracht van de Heilige Geest die in ons woont. Met Hem zijn wij overwinnaars. Zo is ook Zijn troon in de harten van Zijn kinderen, waar Hij woont met de Vader.

Jezus alleen, ook in dit nieuwe jaar

Het is niet belangrijk wat wij doen, maar wat laat ik Hem doen in mijn leven. Dit is geen weg die men ten de­le kan gaan, dit is de weg van totale overgave. Dit is geen weg van verlossing en vergeving alleen, maar een erkenning dat onze oude mens tot niets goeds in staat is. Hij alleen kan iets moois van ons maken.

Het Koninkrijk Gods heeft bevrijde mensen nodig, die leven door de kracht van de Heilige Geest. God wil trots zijn op Zijn volk, zie wat Hij van Job zegt tegen de duivel. Henoch wandelde met God. Abraham werd een vriend van God genoemd. Hij vraagt van ons of wij Hem erkennen als de Koning van onze le­vens. Hij op de troon en wij zelf er af. Dan zullen wij goede vruchten dragen, verbonden aan de Wijnstok: Jezus. Mensen die zeggen te geloven en een eigen weg gaan, kennen Hem niet en ma­ken Hem tot een leugenaar. Dan zijn wij voor de wereld nog wel christelijk, maar voor God een christen lijk, do­de takken, die weggeworpen zullen worden. (Joh. 15:01-08).

Geroepen en gezonden

De vruchten zijn dichtbij, in uw huis, de buren, in uw werkkring of uw zaak. Er zijn nog duizenden gelovige mensen, met een oprecht hart, die onder een bedek­king liggen. Het is Zijn wil dat zij Hem zullen ken­nen, zoals wij Hem mogen kennen. Ga bidden voor deze I mensen en vraag of God deze op uw weg wil brengen. Wij mogen een brug zijn, alleen moeten wij geen bezwaren hebben als zij over ons heen lopen, daar is een brug voor.

Deze mensen hebben verge­ving nodig en bevrijding van zonde, die zij erkennen als machthebbende. Ook voor hen is er genezing, naar lichaam, ziel en geest. Het is niet hun schuld dat zij zo zijn, maar de schuld van de herders, die de sleu­tel der kennis hebben wegge­nomen, zo zij deze ooit heb- i ben bezeten.

Nederland is een groot zendingsveld, waarvoor wij de verantwoording dragen. Als wij het niet vertellen en waar maken, wie moet het dan doen?

Drink u vol met het levende water, maar reinig eerst de beker. Begin 1978 met alle oude geschillen op te rui­men. Laten wij met een geo­pend hart, elkaar vergeven en vergeving vragen. Dat is dan de eerste nederlaag die de duivel zal krijgen in het nieuwe jaar. Dan kunnen wij ook elkander ontmoeten op de P.E.K. conferentie, zonder onze ogen neer te slaan voor elkander. Dit is de wil van God, dat wij elkander liefhebben, niet ten koste van de waarheid, maar in gerechtigheid.

Nederland is, als nooit te­voren, in geestelijke nood. Kom eens in Brabant en Lim­burg luisteren, wat de men­sen geloven en hun geleerd wordt. Dan zien wij letter­lijk dat de letter doodt en alleen de Geest levend kan maken. Een evangelie wat dood is, geeft geen zeker­heid en geeft een geloof uit fatalisme. Het is dan één grote tragedie, want je hebt geen enkele zekerheid, na de dood weet je pas, waar je bent. De grote leu­gen, dat men ook na de dood hersteld zal worden, wordt graag geloofd. Jezus’ leer kennen zij echter niet. Hij zegt dat de mens hier ver­zoend moet zijn met God de Vader.

Zij weten niet dat er een Geest is, die getuigt met onze geest, dat wij kinde­ren Gods zijn. Althans, zegt Paulus, indien de Geest van Christus in u woont. Deze Geest hebben wij ontvangen, de Geest van het zoonschap, door welke wij roepen: Abba, Vader. (Rom. 08:15). En Hij die de harten doorzoekt, weet onze bedoelingen en kent onze begeerten. Wij spreken van Hem, omdat wij vol zijn van Hem en niet kunnen zwijgen.

Wij zullen hen terug moeten eisen., die geroofd zijn uit Zijn hand. Dit is de wij van God in 1978, in de eerste plaats in ons eigen huis: Nederland. Of Nederland gaat ten onder in wetteloosheid en immoraliteit, of het Ko­ninkrijk Gods wordt openbaar in Zijn volk, wat Hij kocht met Zijn bloed. Hij alleen is belangrijk. Laat u volko­men vernieuwen, opdat wij beelddragers van Hem worden.

 

Levend geloof journaal door Gert Jan Doornink

Geloofsvervolging in Rusland -2-

In aansluiting op het arti­kel in “Levend Geloof” van november, lezen wij in “Trouw” van 12 januari on­der de kop: “Acties tegen Sovjet-pinkstermensen” het volgende: “In lokale kran­ten in de Sovjet-Unie is een campagne begonnen tegen de leiders van de groep pinkstermensen, die te ken­nen hebben gegeven dat zij het land willen verlaten.

Er worden openbare lezingen tegen hen gehouden, waarin zij in diskrediet gebracht worden. Onbekenden hebben sommige van hun woningen aangevallen. Enkele pink- stermensen die een emigra­tieverzoek hebben ingediend zijn door de geheime poli­tie KGB verhoord. Hun werd in overweging gegeven hun verzoek in te trekken. Er zijn nu naar schatting 10.000 mensen, waaronder ook baptisten, die willen emigreren.

Geen kans om te emigreren

In Nachodka in het Verre Oosten kregen enkele pinkstermensen in juli de toezegging dat hun toegestaan zou worden te emigreren. Verschillende verzoeken werden echter teruggezonden omdat zij onleesbaar of niet correct ingevuld wa­ren. Op correct ingevulde verzoeken kreeg de aanvra­ger slechts een negatief antwoord.

In november 1976 kreeg het gezin Grigori Vasjtsjenko, die het initiatief had genomen tot de emigratiebeweging, bericht dat zij na korte tijd een toestemming zouden krijgen. Zij betaalden 3500 roebel (bijna tienduizend gulden) als kosten voor het afko­pen van hun nationaliteit, maar sindsdien werd hun e- migratieverzoek toch weer afgewezen.

Teneinde aandacht te trek­ken van de conferentie in Belgrado gingen 46 pinkstermensen in Nachodka in oktober in hongerstaking. Zij hielden die vol totdat de conferentie eind vorig jaar werd verdaagd.-

Oral Roberts bouwt genezingscentrum

De vooral uit de jaren vijftig en zestig bekende Amerikaanse evangelist 0- ral Roberts, gaat in Tulsa (Oklahoma) een genezingscentrum bouwen, waar­in medische bekwaamheid en gebedsgenezing gecombi­neerd zullen worden. Ro­berts denkt, aldus een be­richt in “Trouw”, aan drie goudkleurige torengebouwen waarvan één zestig verdie­pingen hoog. Het zieken­huis zal 777 bedden tellen en er komt een staf van totaal 5000 mensen. Kosten van de bouw: 240 miljoen gulden. Gehoopte opening: in 1981. In Tulsa is ook de Oral Roberstuniversiteit, waarvan de evange­list president is.

 

Pelgrimsreize inleiding door Judith

Wat is heerlijker dan een nieuw jaar te beginnen met Jezus’. Hij die gezegd heeft: “Ik zal u nimmer begeven of verlaten”, gaat als de grote Onzienlijke aan onze zij.

Elk huis heeft een kruis, elk hart haar eigen smart”; is maar al te waar. Wat doen we met dat (dagelijks) kruis en die (persoonlijke) smart? In de wereld zegt men gauw: “Daar kan niemand je bij helpen, dat moet je zélf verwerken”. Dat is dan de “hulp” die je krijgt de genadeslag.

Christenen weten beter: ze weten bij Wie ze terecht kunnen in nood en zorg; ze weten dat de macht van het gebed groot is (de inspraak) want “het gebed van de rechtvaardige vermag veel” (Jak. 05:16).

Daarom is het kindschap Gods zo ’n rijk bezit: de weten­schap dat de Vader elke dag naar je omziet en Zijn trouw zich iedere dag over je heen welft (Ps. 108:005) maakt je sterk en blij. Het is deze (innerlijke) kracht die je de moed geeft verder te gaan.

Wie gelooft, vertrouwt; en wie vertrouwt laat over aan Hem die wijzer is en de toekomst kan overzien.

Geloof is realiteit. Door je geloof wordt je gedragen en boven de moeilijkheden uitgetild. Gelooft u dat?

Dan is de start van 1978 goed en een goed begin.

Vreugde en dankbaarheid zullen het hart vervullen. ‘ Jegens wie? De Onzienlijke’.

Gaan wij biddend èn dankend het nieuwe jaar door met Jezus?

 

Als ziende de onzienlijke door Judith

1 Joh. 08:02; Heb. 11:27

Ik wandel op de peIgrimsreis

Met Jezus, mijne Heer;

Als ziende de Onzienlijke:

Hij sterkt mij, telkens weer.

 

Ik draag door Zijn gena gesteund,

Met Hem het daaglijks kruis;

Als ziende de Onzienlijke:

Hij brengt mij veilig thuis.

 

Ik weet dat ‘k eenmaal werd gekocht,

Met Christus’ dierbaar bloed;

Als ziende de Onzienlijke:

Hij richt mijn wank’le voet.

 

En als ik straks gekomen ben,

Bij de stad van zuiver goud,

Zal mijn oog Hem zien: d’ Onzienlijke,

Op Wie ‘k hier heb vertrouwd.

 

Voorwaarts Christenstrijders door Jan W. Companjen

“En zij (de Emmaüsgangers) spraken met elkaar over al­les wat voorgevallen was. En het geschiedde, terwijl zij daar over spraken en van gedachten wisselden, dat Jezus zelf bij hen kwam en met hun mede ging. Maar hun ogen waren bevangen, zodat zij Hem niet herken­den. …” (Luc. 24:14-16).

“En het geschiedde, toen Hij met hen aanlag, dat Hij het brood nam, de zegen uitsprak, het brak en hun toereikte. En hun ogen wer­den geopend en zij herken­den Hem” (Luc. 24:30-31).

Keerkring

Een nieuwe periode breekt aan, het eerste nummer van 1978 ligt weer voor u. “Le­vend geloof”. Wat zal dat geloof u dit jaar brengen? Zeer veel mensen draaien mee in de molen van het le­ven. Men zegt daar wel eens van dat dit een “malle mo­len” is, met allerlei verrassingen, door toevallig­heden en niet te overzien. Anderen draaien mee in de steeds maar weer volgende natuurlijke perioden van lente, zomer, herfst en winter. Kerkelijk heeft men het jaar weer anders inge­deeld en spreekt men over het “kerkelijke jaar”. Men kan ook in de cirkel draai­en van kerst-goede vrijdag- Pasen en pinksteren. Ieder jaar is dan het kerstfeest weer het eerste grote feest, door de andere gevolgd en min of meer uitbundig ge­vierd, al naar gelang men het daarop volgende feest zelf “innerlijk” beleefd heeft.

Maar toch, geliefde lezers, is het een keerkring waarin men blijft ronddraaien, zoals alles in het natuurlij­ke leven een ronddraaien is. U heeft maar zeven (7) kalenders nodig om een eeu­wigdurende kalender te krijgen, dat wil zeggen dat u uw kalender van 1977 maar 6 jaren behoeft te bewaren, hij is toch weer volkomen nieuw als u het jaar 1977 verandert in 1983.

Omhoog

Toch behoren wij Christenen niet aan deze natuurlijke gang van zaken gebonden te zijn. Wij hebben namelijk dé weg gevonden. Die weg draait niet rond, zodat wij weer bij het beginpunt uit­komen. Neen, die weg gaat steeds verder omhoog.

Die weg heeft een gericht doel, waarin alle natuur­lijke wetten doorbroken worden en het natuurlijke door het geestelijke wordt overwonnen.

Het verwondert mij steeds weer, dat er zo weinig mensen zijn die vooruit kunnen kijken. Veel mensen zweren het oude leven af. Zij hebben zichzelf, door onderdompeling en bewust, laten dopen en zijn uitge­trokken uit het land Egypte, het land der dienst­baarheid. Maar zij blijven toch een woestijn-christen. Ze zijn vleselijk gebleven en verlangen steeds weer terug naar de vleespotten van Egypte. Zij eten zich in da woestijn dood aan het vlees, dat wil zeggen zij zien niet vóóruit, maar achterom.

Overwinning

Wij moeten in deze dan ook de gezindheid krijgen van Christus. Hij zei: Hebt goede moed, Ik heb de we­reld overwonnen! Dat wil zeggen: Mijn strijd zal de overwinning brengen, on­danks alles wat nog komen moet.

De mens zoekt in wezen een gemakkelijk leven en geen strijd. Maar een Kanaän- Christen neemt het uit Christus en dat geeft strijd. In Christus was God de Vader altijd Overwinnaar en gaande op de weg van Je­zus, volgend Zijn spoor, zullen wij ook overwinnaars moeten worden of zijn.

In Openbaring vinden wij dat zo kernachtig uitge­drukt in de briefjes aan de gemeenten: “Wie overwint, die zal gegeven worden om te eten van de boom des le­vens en die zal eten van het verborgen manna en die zal ook geen schade lijden, maar worden een zuil in de tempel Gods”. Die overwin­naars zullen met Christus op de troon zitten. Wie een oor heeft, die hore wat de Geest tot de gemeente zegt.

Strijd

Door vele verdrukkingen zullen wij het Koninkrijk Gods binnengaan, dat wil zeggen dat de overwinning bevochten moet worden. De duivel wil dat wij de moed opgeven en het doel uit het oog verliezen. En ons doel is de verovering van heel Kanaän.

Begin daarom dit jaar eens met de belijdenis dat u een rechtvaardige bent. Dat u gekocht en betaald bent door het bloed van het Lam, Jezus Christus. Zet u er voor in om het doel Gods te bereiken. De meeste mensen willen wel wonderen, maar geen strijd. Als de natuur­lijke mens gestreeld wordt, is er iets niet in orde. God vraagt meer. Hij wil ons geheel bezitten naar geest, ziel en lichaam.

Het grootste wonder Gods is niet een genezing van een ziekte, maar een genezing van de gehele mens. Herstel naar geest, ziel en li­chaam. Herstel van de geest naar Gods beeld houdt het herstel van de rest in. Ons geloof moet dit jaar gaan groeien, moet krachtiger en sterker worden. Geloof dat toeneemt, neemt toe in kracht, in omvang en in woorden Gods die wij spre­ken.

Reis

Ja, broeder, zult u zeggen, maar daarvoor zal er toch iets moeten gebeuren. Ja, inderdaad, maar daarvoor hoeft u niet in de hemel op te klimmen of in de diepte af te dalen. Ga met Jezus op reis. Ga zoals de Emmaüs­gangers op reis gingen. Zij spraken met elkaar over al­les wat voorgevallen was en zij waren er vol van.

Toch kenden zij Hem niet. Ook niet toen zij, op weg zijnde naar huis terug, gezelschap van Hem kregen. En dan moet u eens opletten hoe kostelijk zich die ge­schiedenis dan ontwikkeld. Hij zei: Wat zijn dat toch van gesprekken, die gij zo met elkaar hebt? Zij bleven met somber gezicht staan en Kléopas zegt dan: Zijt gij de enige in Jeruzalem, die niet weet wat daar gebeurd is? Waarop Jezus zegt: Wat is daar dan gebeurd? En zij zeiden: Jezus, de Nazarener, een profeet, een machtig man in werk en woord, is door onze overpriesters en oversten veroordeeld en ge­kruisigd. Wij echter leef­den in de hoop dat Hij het was die Israël verlossen zou van de ons omringende vijanden. Nu zijn er wel vrouwen die zeggen dat zij Hem gezien hebben en dat Hij leeft, maar wij en an­deren die naar het graf zijn geweest, hebben wel een leeg graf gezien, maar Hem hebben zij en wij niet gezien.

Ontknoping

Dan komt de ontknoping. Je­zus zegt: O, onverstandigen en tragen van hart, dat gij niet gelooft alles wat door de profeten gezegd is. Moest de Christus dit niet lijden om in Zijn heerlijkheid in te gaan? En Hij begon bij Mozes en al de profeten en legde hun uit (Het was een geestelijke zaak) wat in al de Schriften op Hem be­trekking had.

Zij dronken Zijn woorden op en werden door die woorden van binnenuit nieuwe schep­pingen, die het Woord Gods gingen verstaan. Er moest echter nog meer gebeuren, want nog steeds herkenden zij Hem niet die met hen ging. Hij wilde dan ook ver­der gaan, toen zij op hun ’ plaats van bestemming waren aangekomen. Hij deed ten­minste alsof Hij verder wilde gaan! Maar zij dron­gen sterk bij Hem aan opdat Hij zou blijven.

En Hij ging binnen om bij hun te blijven (vers 29).En het geschiedde dat toen Hij met hen aanlag en het brood nam, de zegen uitsprak, en het brood brak en hun toe­reikte, hun ogen geopend werden en zij herkenden Hem. Hier, bij het vieren van het avondmaal, werd Hij openbaar.

Volkomen

Geliefden, dat is nog zo. Het nieuwe verbond is in Zijn bloed. Is gelegen in Zijn offer op Golgotha.

Daar ligt het nieuwe be­snijdeniswonder, de besnijding van het hart. Daar wordt het nieuwe Godsvolk geboren. Het nieuwe volk Gods wordt in Christus openbaar.

Ga met Hem de weg in 1978. Trek uit uw land der dienstbaarheid en ga met Hem verder een rechte baan, die steeds verder omhoog voert. Ga een nieuwe verse weg, die u een volkomen mens zal maken.

Dat is geen weg zonder strijd, want u zult recht­streeks met de satan en zijn trawanten te maken krijgen. Maar wij zullen niet boven vermogen verzocht worden. Hoe verder wij ko­men, hoe feller de aanval­len van de duivel, maar wij zullen geen strijd hoeven te strijden die boven ons vermogen ligt. Daar staat Hij zelf borg voor.

Het Woord Gods zal echter daardoor in ons toenemen en evenredig opwassen. De vrouw (de Gemeente van Christus in alle groepen en kringen) werd zwanger van het Woord Gods. Zij werd als het ware er overvol van. Uit haar zullen de Zonen Gods geboren worden.

Boodschap

Geliefden, dat is uw roe­ping en dat mag uw doel zijn. Indien u deze dingen gaat zien, zal de strijd u veel lichter vallen. Velen strijden thans nog een strijd van het niet begrij­pen waartoe alles nodig is. Maar er gebeurt thans al reeds zo verschrikkelijk veel in de onzichtbare we­reld. Wij hebben een bood­schap om tot een levend geloof te komen. Een bood­schap die wij kunnen zien en krijgen door met Chris­tus zelf op weg te gaan.

Wij zullen het uit het Zij­ne nemen en het u verkondi­gen. Dat Woord maakt sterk en krachtig en geeft mensen die weer op hun voeten ko­men te staan.

“En op de laatste, de grote dag van het feest, stond Jezus en riep, zeggende: Indien iemand dorst heeft, hij kome tot Mij en drinke! Wie in Mij gelooft, gelijk de Schrift, stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien. Dit zeide Hij van de Geest, welke zij, die tot geloof in Hem kwamen, ontvangen zouden”(Joh. 07:37-39).

Dit feest is aanstaande en in 1978 gaan wij daar doel­bewust naar toe, elkaar op­bouwende in liefde en waar­heid. Amen.

 

Onberispelijkheid door J. Noë

“Gij zult onberispelijk staan tegenover de Here, uw God” (Deut. 18:13).

Onberispelijk zijn in een wereld van ongerechtigheid

Broeders en zusters, weet u, dat dit woord ‘onberis­pelijkheid’ nauw verband houdt met eerlijkheid, rechtschapenheid, rechtvaardigheid en heiligheid? Met het be­gin van het nieuwe jaar leek het mij daarom wel belangrijk weer eens,(ik heb namelijk jaren geleden hier ook eens over geschre­ven) onze aandacht te bepa­len bij dit onderwerp, om­dat wij in een wereld le­ven, waar ongerechtigheid hoogtij viert en dit zelfs doorgedrongen is in kerken en groeperingen, met alle gevolgen van dien.

Gods Woord geeft ons genoeg waarschuwingen hieromtrent en vooral wat betreft de eindtijd. Als kinderen Gods mogen wij geen enkele gemeenschap hebben met ongerechtigheid. Wij moeten nuchter en waakzaam zijn.

Boven aangehaalde woorden uit Deuteronomium geeft God als waarschuwing voor Isra­ël, als zij Kanaän zouden binnentrekken. De bewoners van Kanaän namelijk dienden de afgoden en de machten der duisternis (onder ande­re occultisme) hadden daar vrij spel. Niettegenstaande deze waarschuwing is Israël toch in de greep van de de­monische machten gekomen en is daardoor van God afgewe­ken .

“Wie mag bij God verkeren?” zegt Psalm 15. “Hij die onberispelijk wandelt en doet wat recht is en waarheid spreekt in Zijn hart”. Lees verder deze psalm eens goed na.

Het is Gods absolute wil, dat wij steeds onberispelijk staan tegenover Hem en onze naaste, in ons denken, spreken en daden. Je krijgt soms de indruk dat sommigen niet beseffen, dat God al­les weet, ziet en hoort en dat niets voor Hem verborgen is. (Lees Psalm 139).

Kleine vosjes die de wijngaard willen bederven

Ik zal nu eens enige voor­beelden aanhalen, waarbij wij moeten oppassen, dat wij ons er niet aan schul­dig maken. Het zijn ook soms de kleine vosjes, die de wijngaard bederven.

– Als je gevraagd wordt om iets voor de Heer (ge­meente) te doen en je schuift het af door te zeg­gen (of te denken): Ik heb geen tijd, terwijl je er wel tijd voor hebt. (De tv is dikwijls ook in derge­lijke gevallen een duchtig wapen van satan).

  1. a) Om je (bijvoorbeeld tijdens een gesprek) een houding te geven of je prestige te bewaren, zeg je dingen, die niet juist, dus onwaar zijn.
  2. b) Ook overdrijven is in feite een leugen.

– Onvriendelijkheid te­genover broeders en zusters of de vriendelijkheid is slechts schijn, daar je in je hart er niets van meent.

– Als je met een broeder of zuster een kwestie hebt gehad en je zegt, dat je hem of Waar vergeven hebt, maar in je hart is dat niet het geval.

– Liefdeloosheid.

– Je doet je in de ge­meente voor als een kind van God, maar in je dage­lijks leven, in je gezin of daarbuiten is hiervan niets te bemerken.

– Het niet nakomen van beloften.

– Het onjuist voorstellen van zaken (algemeen).

– In het zakenleven het niet zo nauw nemen met de waarheid.

– Het onjuist invullen van belastingformulieren.

– Smokkelen (vakantiegangersI).

– Verder allerlei andere werkingen van het vlees, bijvoorbeeld ongehoorzaam­heid, wrok, afgunst, ja­loersheid, boosheid, drift, agressie, hoogmoed, trots, onreinheid, gierigheid, kritiek, roddelen, enz.

(Zie ook Galaten 5).

In de nieuwe levenswandel is geen plaats voor schijnheiligheid

Broeders en zusters, hoe kan een gemeente ooit goed functioneren, als bovenge­noemde ongerechtigheden nog steeds plaats vinden. Er is dan zoveel schijnheiligheid. Leest u eens goed Ef. 04:17-32 over de nieuwe levenswandel:

Dit zeg ik dan en betuig ik in de Here, dat gij niet langer moogt wandelen zoals ook de heidenen wandelen, in de ijdelheid van hun denken, verduisterd in hun verstand, vervreemd van het leven Gods om de onwetend­heid, die in hen heerst, om de verharding van hun hart. Zij hebben zich immers in hun verdoving overgegeven aan de losbandigheid om gretig winst te slaan uit allerlei onreinheid.

Maar gij geheel anders: gij hebt Christus leren kennen. Gij toch hebt van Hem ge­hoord en zijt in Hem onder­wezen, gelijk dit de waar­heid is in Jezus, dat gij, wat uw vroegere wandel be­treft, de oude mens aflegt, die ten verderve gaat, naar zijn misleidende begeerten, dat gij verjongd wordt door de geest van uw denken, en de nieuwe mens aandoet, die naar de wil van God gescha­pen is in waarachtige ge­rechtigheid en heiligheid.

Leg daarom de leugen af en spreekt waarheid, ieder met zijn naaste, omdat wij le den zijn van elkander. Ge­raakt gij in toorn, zondigt dan niet: de zon mag niet over een opwelling van uw toorn ondergaan; en geeft de duivel geen voet. Wie een dief was, stele niet meer, maar spanne zich lie­ver in om met zijn handen goed werk te verrichten, opdat hij iets kan meedelen aan de behoeftige. Geen liederlijk woord kome uit uw mond, maar als gij een goed woord hebt, tot opbouw waar dit nuttig is, opdat zij die het horen, genade ontvangen.

En bedroeft de Heilige Geest Gods niet, door wie gij verzegeld zijt tegen de dag der verlossing. Alle bitterheid, gramschap, toorn, getier en gevloek worde uit uw midden geban­nen, evenals alle kwaadaar­digheid. Maar weest jegens elkander vriendelijk, barm­hartig, elkander vergevend, zoals God in Christus u vergeving geschonken heeft”.

Dit zijn toch zeer duide­lijke woorden, zou ik zo zeggen. De gemeente, en ie­der voor zich in de gemeen­te, moet zich steeds aan een zelfonderzoek onderwer­pen. We moeten steeds in nauw contact met de Heer blijven en bidden om kracht van de Heilige Geest, om stand te kunnen houden te­gen de aanvallen van de sa­tan, zodat wij in staat zijn om ons waardig het evangelie van Christus te gedragen.

Ps. 084:012 zegt:

“Want Here God is een zon en schild, de Here geeft genade en ere; het goede onthoudt Hij niet aan hen die onberispelijk wandelen”.

Is dat niet wonderbaar? Hij schenkt ons thans alle din­gen in Christus Jezus en doet ons ten alle tijde in Hem zegevieren. God zegt: Weest heilig, want Ik ben heilig. Daartoe moeten wij de gehele wapenrusting Gods aandoen. (Efeze 6).

Ik eindig nu met Ef. 01:03-06: “Gezegend zij de God en Va­der van onze Here Jezus Christus, die ons met al­lerlei geestelijke zegen in de hemelse gewesten geze­gend heeft in Christus. Hij heeft ons immers in Hem uitverkoren voor de grond­legging der wereld, opdat wij heilig en onberispelijk zouden zijn voor Zijn aan­gezicht. In liefde heeft Hij ons tevoren er toe be­stemd als zonen van Hem te worden aangenomen door Je­zus Christus, naar het wel­behagen van Zijn wil, tot lof van de heerlijkheid Zijner genade, waarmede Hij ons begenadigd in de Geliefde”.

 

Genezing zonder medicijnen door Piet van Zutphen

“In Coventry (Engeland) was ik uitgenodigd om tot een groep dominee ’s en doctoren te spreken over het thema: Genezing zonder medicijnen’. De bedoeling was, dat ik over goddelijke genezing zou spreken, maar om het interessant te maken, was deze titel ge­kozen. Er waren er onge­veer 60. Een geweldige kans dus. Toen ik begon duidelijk te maken, dat de titel niet erg gelukkig gekozen was, omdat ik niet tegen de hulp van doctoren enz. ben, vroeg iemand of ik dan voor goddelijke ge­nezing was. In een flits liet de Heer mij zien, dat er geen andere genezing is dan Goddelijke.

Doktoren kunnen helpen, maar niet genezen. Dat bracht meer openheid en er werd zeer aandachtig geluisterd. En de Naam van Jezus verheer­lijkt”.

(Evangelist Piet van Zutphen in zijn contactbrief).

 

Het kruispunt door Judith

(Am. 04:12 De grote vraag Pred. 12:07)

Als het je tijd is, ga je toch…

Hoe vaak hoor je die slogan niet;

’t Is waar! Maar is het ook bekend –

Wat straks de eeuwigheid u biedt?

 

Al bent u nog zo’n atheïst,

Elk lichaam zal tot stof vergaan-

of u het prettig vindt of niet:

De ziel – Gods adem – blijft bestaan.

 

Het leven is een autobaan

Waarop een ieder jachtig rijdt;

Gods liefde plaatste op die weg –

Een bord met “Stop”! En: “Wees bereid”.

 

Wend op het kruispunt toch uw stuur,

Naar die ene goede, kant-

Een gewaarschuwd men…die telt voor twee

De keus ligt in uw eigen hand.

 

Als het je tijd is, ga je tóch…!”
Maar wie heeft dit dan ooit ontkend?!

‘k Bid dat Gods Geest u nu onthult,

Waar ge in de eeuwigheid straks bent.