Levend Geloof 1975.08-09 nr. 160

De Bijbel zegt…

Het is al weer meer dan 20 jaar geleden dat Billy Graham sprak op enkele grote evangelisatiesamenlzomsten in Nederland. In 1954 sprak hij in het Olympisch stadion in Amsterdam en in 1955 in het Feyenoordstadion in Rotterdam. Beide massa-meetings hebben wij destijds meegemaakt. Een paar jaar daarvoor hadden wij Jezus Christus als onze persoonlijke Verlosser leren kennen en uiteraard waren samen­komsten als deze een onvergetelijke ervaring voor ons.

Vanzelfsprekend kunnen wij ons niet alle details meer herinneren. Maar één van de dingen die ons door de jaren heen is bij gebleven is wel de uitspraak van Billy Graham- “The Bible says…..”, De Bijbel zegt… en dan volgde een gedeelte of tekst uit de Bijbel. “The Bible says. ” Steeds weer kwamen deze woorden terug in zijn boodschappen. Hij sprak ze met grote nadruk uit en onder de zalving van de Heilige Geest. De kracht van zijn boodschappen bestond in het feit dat hij zich in alle dingen baseerde op Gods Woord. “Wat zegt de Bijbel?”, was zijn uitgangspunt.

Vele theologen vonden zijn boodschappen simplistisch, te eenzijdig, enz. maar duizenden vonden door zijn prediking de weg tot Christus. Duizenden werden overtuigd, niet in de eerste plaats door wat Billy Graham zei maar wat de Bijbel zei.     

De basis van iedere prediking, van elke boodschap van elk getuigenis behoort Gods Woord te zijn. Als deze basis wordt verlaten is men totaal op de verkeerde weg. Dan ziet men ook geen Bijbelse resultaten. Maar Gods woord gebracht onder de leiding en zalving van de Heilige Geest heeft altijd wonderbare uitwerking! Want de Bijbel zegt wie Jezus is, maar ook wie de mens zonder Jezus is een zondaar in de greep van satan. Maar de Bijbel zegt dat Jezus een volkomen Verlosser is en de zonden van de wereld (dus ook uw zonden) gedragen heeft. Aanvaard Hem in het geloof en word een gelukkig kind van God’!

 

Driemaal G door Gert Jan Doornink

In ons vorig nummer hebben we stil gestaan bij de grote betekenis van drie woorden uit de Bijbel die met een v beginnen, te weten vergeving, verlossing en verzoening. Er zijn ook drie woorden die met een g beginnen en bijzonder waardevol zijn voor ieder die ze wil aanvaarden en bele­ven. Het zijn de woorden Genade, Geloof en Genezing.

Genade is van oorsprong een zuiver Bijbels woord. Wel­iswaar hanteert de wereld het woord thans ook in allerlei vorm en omstandigheden, maar de oorspronkelijke betekenis van genade is in feite “vergeving”. God vergeeft datgene wat de mens fout deed. Andere woorden voor genade zijn “gunst” en “barmhartigheid”.

Eén van de woordenboeken zegt van genade dat het is een “bovennatuurlijke hulp die God de mens verleent om zijn eeuwige bestemming te bereiken”. Zo is het ook. Die “eeuwige bestemming” begint op het moment dat de mens Gods gena­de aanvaardt. God heeft Zijn genade betoond in Zijn zoon Je­zus Christus. Daarom kon Paulus aan Titus schrijven: “De ge­nade Gods is verschenen, heilbrengend voor alle mensen”(Titus 02:11). Zodra de mens van een zondaar een kind van God wordt, zodra hij of zij zijn zonden belijdt en gelooft dat Jezus ze gedragen heeft, wordt hem genade oftewel vergeving verleend.

Genade is altijd gratis. We hoeven er niets voor te beta­len of voor te doen. Jezus deed het alles voor ons. Paulus zegt: “Want door genade zijt gij behouden, door het geloof, en dat niet uit uzelf; het is een gave van God; niet uit werken, opdat niemand roeme”(Ef. 02:08-09).

Geloof

Nu zou de verkeerde gedachte kunnen ontstaan, dat wij die genade hebben ontvangen, nu verder op onze lauweren kunnen gaan rusten. Wij worden als ons door God, in Zijn grote liefde, genade is verleend, niet opgenomen in een soort geestelijke w.w., maar juist opgeroepen tot actieve dienst!

De velen die de genade van God nog niet kennen, worden ons op het hart gebonden, om ook die genade te aanvaarden. Achter de boven geciteerde tekst van Paulus uit Efese 2, lezen we meteen: “dat wij in Christus Jezus geschapen zijn om goede werken te doen, die God tevoren bereid heeft, opdat wij daarin zouden wandelen”(Ef. 02:08-10).

Hoe is dat mogelijk? Hoe kunnen wij anderen opwekken om voor Jezus te kiezen? Hoe kunnen wij getuigen van Hem? Hoe zijn wij bruikbaar in Zijn dienst? Alleen door het geloof. Wij zijn door het geloof een kind van God geworden… maar behoren ook als kind van God door het geloof te leven.

Paulus schrijft in (Gal. 02:20): “Met Christus ben ik gekrui­sigd, en toch leef ik, dat is, niet meer mijn ik, maar Christus leeft in mij. En voor zover ik nu, nog, in het vlees leef, leef ik door het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en Zich voor mij heeft overgegeven”.

Leeft u ook door het geloof? Niet ziende en vertrouwende op de natuurlijke, zichtbare dingen, maar op de geestelijke, onzichtbare dingen? Want: “Het geloof nu is de zekerheid der dingen, die men hoopt, en het bewijs der dingen, die men niet ziet” (Heb. 11:01).

Als wij geen geloofsleven openbaar maken, staan wij niet in de rechte verhouding tot God en openbaren wij niet ten volle Jezus door ons leven, want “zonder geloof is het onmogelijk Hem welgevallig te zijn”(Heb. 11:06).

Genezing

Genezing- is in feite een onderdeel van het verlossings­werk wat Jezus verwierf aan het kruis van Golgotha. Daar bracht Hij een volkomen verlossing teweeg voor geest, ziel, en lichaam. Het is zo jammer dat jarenlang de prediking van velen die het evangelie brachten alleen gericht was op ’ het “behouden worden van de ziel”. In de harten van vele kinderen Gods leeft daarom de verkeerde gedachte dat gene­zing een soort belofte van God is, die de één wel ontvangt en de ander niet.

Hoe geheel anders leert ons Gods Woord. Het is geheel naar de wil van God dat ook ons lichaam gezond is. Zoals Johannes schreef in zijn derde brief (3 Joh. 01:02): “Geliefde, ik bid dat het u in alles wel ga en gij gezond zijt, gelijk het uw’ ziel wel gaat”. Zo wil God ook ons gezond hebben naar geest, ziel en lichaam. Hij wil ons geheel en al heiligen, opdat geheel onze geest, ziel en lichaam bij de komst van onze Here Jezus Christus moge blijken in alle dele onberispelijk bewaard te zijn (1 Thess. 05:23).

Natuurlijk kan God soms ziekte gebruiken om iemand op de rechte weg te brengen, zoals God alles gebruiken kan om Zijn doel te bereiken. Soms kan ons geloof door ziekte op de proef gesteld worden, maar het is nooit Gods wil dat wij ziek blijven. Ziekte is van satan. En Jezus overwon satan aan het kruis van Golgotha! “Door Zijn striemen is ons gene­zing geworden!”. Welk een heerlijke belofte en zekerheid dat God ons genezen wil….. zodat wij met een gezond lichaam de Heer kunnen dienen.

Genade… Geloof… Genezing…

Genade…..geloof…..genezing! Wat goed is God voor ons! Hij wil ons leiden aan Zijn hand, zodat wij van stap tot stap voorwaarts kunnen gaan als burgers van het Koninkrijk der hemelen.

“Neen, de wereld weet het niet,

wat God grote liefde ons biedt…..”

Maar zij die Jezus hebben aanvaard en Hem met een oprecht hart volgen, beleven de realiteit van genade, geloof en ge­nezing!

 

In staat van oorlog door Ds. G. Toornvliet

Ontmoeting

Jaren geleden ontmoette ik iemand die niet kerkelijk was maar positief op mijn radiopreken reageerde: “Hoort u eens, ik geloof wel in God, maar niet in de duivel”. Toen zei ik: “U moet ook niet in de duivel geloven, want dat zou betekenen dat u zich aan hem overgeeft, maar wel kunt u aan het bestaan van de duivel geloven. Trouwens, wanneer u echt God wilt dienen, zult u spoedig genoeg bespeuren dat er demonen zijn.-…”

Onlangs zuchtte diezelfde persoon: “Ik heb het zo on­dervonden, dat als wij een werk voor de Heer opzetten, de demonen proberen de hele zaak te torpederen”.

Iedereen heeft er mee te maken, het minst misschien de mensen die in een traditioneel geloof waar geen gloed en geen kracht inzit, voortsudderen. Wanneer de Duinkerkerkapers in vroeger eeuwen een leeg schip zagen varen, namen ze het risico niet het aan te vallen, maar de zwaargeladen galjoenen daarop werd geloerd.

Demonen

De Bijbel spreekt ons over invasies van demonen. Er is een ongekend leger van duistere machten, die op onzichtba­re wijze op het hele leven beslag trachten te leggen. De demonen zijn geniale geesten, bekwame psychologen? ze weten wegen te vinden naar het centrum van ons levend ze willen mijn en uw hart. Ze zenden uit….

Jonge mensen, die hun vertrouwen in de ouderen verloren hebben en het oude geloof in God en mensen overboord hebben gezet, ploffen in een leegte. Die leegte moet worden opge­vuld. … en velen worden het slachtoffer van soft drugs en hard drugs.

Misdaad

Door lectuur en t.v. worden zwakke figuren geconfronteerd met misdaad. Geen dag gaat voorbij of er heeft een bankover­val plaats; telkens lezen wij van aanrandingen. Van dit al­les kan een infectie uitgaan op zwakke creaturen.

In christelijke kringen staat het sein ook op rood. Er zijn er nog zoveel die wel wat voor het geloof overhebben en wat willen doen, maar bij wie alles cirkelt om hun eigen “ik”….”zien jullie me wel” – en die bij de eerste de beste miskenning als een plumpudding in elkaar zakken. Er zijn er nog zovelen die meer aan de traditie hangen dan aan God, die een sterkere binding met de dominee dan met Christus hebben.’

Occultisme

Dit doet de demonen de feestneuzen opzetten. Vooral le­vens die leeg zijn aan God worden “gekraakt” en doorwoond door de duistere machten. Hoevelen laten zich niet argeloos in de armen van het occultisme voeren? Ze lopen naar waar­zegsters…. en wat niet al.

Het korps van demonen is zo actief…. Ze dringen door in onze scholen, universiteiten, bij politieke bewindslieden, predikanten, jeugd…. Het is een strijd op leven en dood, niet met mensen maar met geestelijke machten, die op geruis­loze, draadloze manier infiltreren.

Wonderen

Kunnen we er iets tegen doen? Ja, maar wil het iets uit­werken dan moeten we radicaal zijn. Het eerste is: uw leven met Christus’ kracht te laten volstromen, u helemaal aan Hem toevertrouwen. Al dat halve gedoe geeft niet alleen “half- zachte “mensen, maar ook een invasie van demonische krachten.

die zich gebonden voelen aan de machten die zich hebben verkocht aan drugs, aan drank, aan occul­tisme, aan seks zonder liefde, kunnen, deze mensen bevrijd worden? Ja, ik heb ze gezien, ik heb ze ontmoet. Ik denk niet alleen aan de wonderen die God in onze radiogemeente heeft gedaan, maar ook aan de avond in de koffiebar te Mid­delburg. Daar zaten ze: een grote groep jongeren, eens ver­slaafd aan dit en aan dat en nu met blijde open gezichten getuigend van de Heer. Zo kan het in elke plaats…. ook in uw plaats.

Ideaal

Velen van de jongeren die zich aan Christus hebben over­gegeven vinden hun orthodoxe ouders tegenover zich. Die ou­ders begrijpen niet dat jonge mensen vol van het ideaal van Christus kunnen zijn, dat ze de Bijbel lezen, er op uitgaan om getuigen te zijn van die Heer!

Daarom zou ik de ouders willen vragen: geef niet af als uw zoon of dochter gekozen heeft voor Christus. Zeg dan niet: je bent “getikt” of “je moet naar de psychiater”, maar vraag-: Heer, geef ook mij dit leven en die kracht.

Tot de jonge mensen die ouders hebben die met Christus willen leven, zeg ik: “wijs hen niet af…. Zeg niet: die “ouwe zeur” of die “ouwe deur”, maar vraag of jij ook zo gelukkig mag worden als zij.

Christus is sterker dan alle demonen. De demonen zijn door Hem overwonnen en juist omdat ze het verloren hebben, komen ze opzetten met zo’n ontstellende kracht. Ze zijn als uitgehongerde leeuwen op zoek naar een prooi….

Harnas

In vroeger tijden gingen de soldaten gepantserd de strijd tegemoet. Jezus Christus biedt ons het harnas aan dat we nodig hebben in de strijd tegen de demonen. Hier is het harnas.

“Tenslotte nog dit: zoek uw kracht. in de Heer, in Zijn sterke macht. Rust u uit met de complete bewapening van God, om daarmee stand te houden tegen de krijgslisten van de duivel. Want onze strijd gaat niet tegen mensen van vlees en bloed, maar tegen de vorsten, de machthebbers en de heersers van de duistere wereld, tegen de geestelijke en bovenaardse machten van het kwaad” (Ef. 06:10-12) uit “Groot nieuws voor u”.

Mag ik dit onderstrepen. Onze vijanden zijn geen mensen, het zijn geweldige machten, geraffineerd en geniaal. Heel vaak hebben ze zich vermomd en komen ze met de Bijbel onder de arm…. Heel vaak dienen ze zich aan als stillers van pij­nen. … maar ze willen uw leven stuk maken. Ze huizen over­al, ze komen met de dominee en de ouderlingen de kerk bin­nen; ze proberen de evangeliedienaren zo te doen spreken dat er van Gods liefde niets doorkomt. Ze bezetten t.v. en radi­ostations.

En ze willen ons laten waarschuwen door Denis de Rougemont die schreef: “De truc van de duivel is je te laten zeg­gen: ginds… bij die mensen… bij dat volk is de duivel, terwijl hij onderwijl op uw schoot kruipt”.

U moet hem niet ver weg zoeken “bij de ander”, bij de an­dere groep of andere radiovereniging, maar hem opsporen’ en op heterdaad betrappen bij uzelf, in eigen kring.

Weerstand

De goede boodschap gaat verder: “Grijp daarom naar al de wapens die God u geeft, om weerstand te kunnen bieden op de dag waarop het kwaad aanvalt. Dan zult u staande kunnen blij­ven en alles tot een goed einde brengen.

Stel u zo op: doe de waarheid om als gordel en doe de ge­rechtigheid aan als borstpantser. Bind onder uw voeten de bereidheid om de vredesboodschap te brengen.

Draag daarbij het schild van het geloof: daarmee kunt u alle brandende pijlen van de duivel doven.

Zet de helm van het heil op en pak het zwaard van de Geest, dat wil zeggen het Woord van God”(Ef. 06:13-17).

Oorlogstijd

Zonder trainen gaat het niet. Wie geen Bijbelstudie doet, laat het zwaard verroesten. Wie liever uitslaapt dan naar de dienst van de levende Heer te gaan is een stuk slapjanus, die de demonen over zich laat lopen. Wie niet blij getuigen wil van Jezus is een soldaat aan het front zonder laarzen op blote voeten. Wie het geloof laat ver­slappen is een soldaat of motorrijder zonder helm.

’t Klinkt alles wat scherp…. maar in oorlogstijd als de gevaren rondom ons zijn, klinken de bevelen kort en scherp: “luchtalarm”…. “zoek dekking”…. “in de schuil­kelder”…. “gereed tot de aanval!”

Wij zitten in een oorlogssituatie. Het gaat om uw ziel …. om de ziel van uw kind…. van de volkeren in Oost en West.

Belofte

We hebben één belofte: weerstaat de duivel en …. hij zal van uw wegvluchten! Want Jezus is Overwinnaar!

Dit mag geen kreet blijven!

Dit moet werkelijkheid worden in uw leven!

Dan bent u zelf het levende bewijs: Jezus is Overwin­naar!

 

Van de redactie:

Dit artikel werd geschreven door de bekende, onafhankelijk werkende, radiopredikant Ds. G. Toornvliet uit Bloemendaal. Het werd met toestemming overgenomen uit zijn contactblad. Hoewel “Levend Geloof” meest originele en exclusief voor het blad geschreven artikelen opneemt, is dit artikel der­mate belangrijk en duidelijk dat wij deze eindtijdboodschap ook graag via “Levend Geloof” door willen geven!

 

Bij de voorpagina

“Voorwaarts christenstrijders!”. Deze beginwoorden van een bekend lied uit de bundel van Joh. de Heer zijn deze maand afgedrukt op de voorpagina van “Levend Geloof”. Het is een oproep om voorwaarts te gaan en gericht tot elk kind van God. Want een waarachtig christen is niet zomaar een christen, maar geroepen om te strijden. “Strijd de goede strijd des geloofs”, zegt Paulus. Dat betekent: niet vleselijk strijden, maar geestelijk! In deze strijd mogen en kunnen wij overwinnaars zijn…omdat Jezus de overwinning heeft behaald en wij in Zijn voetstappen mogen treden.

 

Het bewijs door Judith Jacobs (gedicht)

“Het geloof nu is de zekerheid der dingen, die men hoopt en het bewijs der dingen, die men niet ziet” (Heb. 11:01).

Niet altijd kan ’k Uw liefd’ begrijpen,

Het is Uw Wijsheid die ‘k aanvaard;

Door alles heen mag ik geloven:

Het is Uw trouw die mij bewaart.

 

Want als ik zie kan ’k wel geloven….

Maar dat is niet wat Gij mij vraagt;     

Uw wil is: blindelings te volgen,

Gij zijt het die mij leidt en draagt.

 

Ik weet: door zwakheid zal ik falen,

Gij kent het maaksel Uwer hand”;

Maar Heer, ik steun op Uwe armen.

Door Uw genade houd ik stand.

 

Heer, help mij Uwe naam te prijzen,

Al “zie” ‘k Uw liefde niet altijd; 

Geef mij de moed die ’t hart doet juichen –

Ook dan, als ’t hart in stilte schreit.

 

De duivel door Dirk A. Wols

Realiteit

Een niet erg stichtelijk onderwerp om over te spreken of te schrijven. Niettemin een realiteit waaraan we niet voor­bij kunnen gaan.

De duivel is slecht. Hij heeft zijn lust uitsluitend in het kwade. Hij kan niet anders, maar wil beslist ook niet anders. Hij is ijverig. Hij gaat rond als een briesende leeuw, zoekende wie hij zou kunnen verslinden.

Zijn werk is dus: stelen, slachten en verdelgen. Al zijn volgelingen – gevallen engelen en demonen – worden door hem geïnspireerd. Een derde deel van de totale engelenwereld is hem nagevolgd in hun opstand tegen God.

De duivel is machtig. Maar…..niet almachtig! Jezus sprak: “Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde”. Jezus regeert, ja óók het kwade. In Zijn regeermacht maakt Hij van de duivel gebruik om Zijn doel te bereiken. Dat wil zeggen: uiteindelijk is satan in de macht van Jezus.

Onderworpen

Er zijn er die de duivel zien als een kwaadaardige zelf­standige macht. In wezen is hij aan Jezus onderworpen. Nog niet zichtbaar, wat aan het feit echter geen afbreuk doet. Hij is onderworpen aan God.

God zet de ongehoorzame mens op gladde plaatsen en laat hem dikwijls een prooi van satan worden. Maar de rechtvaar­digen zijn absoluut veilig voor zijn bruut geweld. Satan kan zonder Gods toestemming geen vinger naar hen uitsteken.

Ook bij Job niet. Satan moest voor alles wat hij Job wilde aandoen, toestemming hebben van God. God moest daartoe de omtuining van Job wegnemen. Van Job lezen wij dat hij oprecht en vroom was, godvrezende en wijkende van het kwaad (Job 01:01). Een prachtig getuigenis. Maar hij was er te zeer van overtuigt dat het zo was. Daarom kreeg Job een les van God op Zijn leerschool. Job werd alles ontnomen door de duivel met goedvinden van God. Nog staat Job te hoog in zijn Jijden. Hij zegt het dan ook (Job 27:06), “Aan mijn gerechtigheid zal ik vasthouden, en zal ze niet laten varen; mijn hart zal die niet versmaden’.

Hij verdedigt zich te fel tegenover zijn vrienden en meent geheel onschuldig te zijn, waardoor hij zulk een lij­den zou kunnen verdiend hebben.

Berouw

Totdat hem de schellen van de ogen vallen. En een nieuwe nederige Job. uit de smeltkroes van het lijden te voorschijn komt als hij spreekt: “Hoor toch, en Ik zal spreken; ik zal U vragen, en onderricht Gij mij. Met het gehoor des oors heb ik U gehoord; maar nu ziet U mijn oog. Daarom verfoei ik mij, en ik heb berouw in stof en as”(Job 42).

U ziet dus, dat de duivel door God gebruikt werd om Job een toontje lager te laten zingen en Hem te ontmoeten, want Hij is bij de leliën der valleien.

Omtuining

En deze functie heeft de duivel nog. Maar als wij ons volstrekt afhankelijk weten van Hem, als we niet hoog van de toren blazen en eigen roem verheffen, dan hebben we niets te vrezen. Dan zal Hij de omtuining rondom ons beves­tigen waardoor geen macht zal kunnen en durven heenbreken.

Die zijn gerechtigheid bouwt door een levend geloof op de Here Jezus Christus, zal geen kwaad te duchten hebben van de vorst der duisternis. En tevens zijn leven heiligt van alle smet des kwaads, hij zal wel smaad en vervolging lijden, maar geen infiltraties van de hel te duchten heb­ben. Want Jezus regeert en heeft alle macht. Halleluja!

 

De Bijbel (9)

De Bijbel is van bovenaardse oorsprong. In dit boek heerst de hemel over de aarde. Daarom kon Paulus zeggen: Bedenkt de dingen die boven zijn. Om er dan op aarde wat mee te doen. En er kan veel, heel veel, mee gedaan worden.

De Bijbel is niet te vergelijken met een ander boek.

Het is het meest waardevolle en betrouwbare boek. Het is een universeel boek. Miljoenen zijn en worden er verkocht. Het is een onuitputtelijke bron van rijkdom, wijsheid, leven en overvloed (Joh. 10:10).

We moeten het aanvaarden als het Woord van God, de Schepper van hemel en aarde met alles “er op en er aan”, de zon, de maan en de sterren.

Hij schiep de mens om medewerker Gods te zijn. Psalm 8 spreekt erover dat Hij de mens bijna Goddelijk heeft gemaakt, Welk een hoge roeping komt er vanuit dat boek – dat Bijbel heet – tot ons.

De Bijbel geeft ons een dieper inzicht in Gods plan. De Bijbel is een “verklarend handboek” over ‘waar vandaan ‘waartoe’, ‘waarheen’.

Gebruik de Bijbel als leidraad voor heden en toekomst. De Bijbel is de grondslag voor wetgevingen in vele lan­den. Waar het komt brengt het licht en opgang, waar het heersen mag.

De nauwkeurigheid van moraal en zedeleer overtreft ie­der ander boek.

De Bijbel is voorwerp van onderzoek. Niet alleen om te lezen, maar om te onderzoeken waar het op aan komt.

Onderzoekt de Schriften, die zijn het die van Mij ge­tuigen, sprak Jezus.

En: Wie zoekt…..die vindt!

 

Nieuw leven door Jan W. Companjen

“Zo is dan wie in Christus is een nieuwe schepping: het oude is voorbijgegaan, zie, het nieuwe is gekomen” (2 Kor. 05:17).

Het oude zuurdesem

Het valt in gesprekken steeds weer op dat de godsdiens­tige mens godvrezend wil zijn. Ik bedoel hiermee dat hij God vreest in de letterlijke zin van het woord. Het oude zuurdesem dat God een verterend vuur is, voor wie niemand kan bestaan, wordt zo oudtestamentisch gezien en innerlijk ervaren dat men daaruit alleen al kan afleiden, dat het verlossende werk van Jezus Christus in deze mensen niet tot zijn recht is kunnen komen.

Men zal zich kunnen afvragen hoe dat komt. Is dit hun eigen wil of wordt dit veroorzaakt door de één of andere oorzaak die min of meer buiten hun wil ligt? Nu zit in deze vraagstelling natuurlijk het gevaar dat de menselijke waar­digheid en/of de menselijke wil en verantwoordelijkheid wordt ondermijnd. Dit valt inderdaad niet te ontkennen, maar wij zullen juist op dit punt in de nabije toekomst duidelijk antwoord moeten geven. Wij zullen namelijk tot de erkenning moeten komen dat hele horden vrome geesten grote massa’s goedwillende mensen, onvruchtbaar hebben gemaakt voor het Koninkrijk Gods.

Schepping en zondeval

Bij de schepping wordt na elke scheppingsdag gezegd dat God de Schepper alles zag wat Hij geschapen had en dat het goed was. Na de schepping van de mens zei Hij dat het al­les goed, ja zeer goed, was. De mens was goed en naar Gods evenbeeld geschapen.

Toen kwam de zondeval, de mens werd ongehoorzaam en vanaf dat moment was de mens niet meer “rechtvaardig”. Hij voer als het ware niet meer recht door zee en voelde zich arm en naakt. Vanaf dat moment kronkelde hij net als de slang door het leven, overwegende steeds maar weer, wat het beste voor hem is.

Een mooi voorbeeld is daarvan o.a. het leven van Jacob – later Israël -, met wie God ondanks alles toch Zijn ver­bond -aanging. Zoals Jacob kronkelde, kronkelt het volk Is­raël nu nog. Daarbij ziende op éigen kracht en bondgenoten en op eigen inzicht. Alles wat een wonder is ten opzich­te van dit volk is buiten hen om geschied, buiten hun wil om. Ze zijn met de stok naar hun eigen land gedreven. Als Hitler er niet geweest was zou dan de staat Israël in 1948 zijn ontstaan?

Moest dit alles niet geschieden omdat dit volk geen gees­telijk oor heeft? Nu zitten zij daar en de gehele oudtestamentische toestand herleeft, zonder dat men tot erkenning en herkenning van Jezus komt. Zo zit ook heel het volk Israël in de verdediging. Men is door vijanden omringd en dat is nooit de bedoeling geweest. Het volk van God moet vrede en rust hebben en moet een afstraling zijn van het geweldige feit dat het een bovennatuurlijke leider heeft. Ten tijde van Salomo zag men daar een voorbeeld van..

Het geestelijk Israël

Als tegenhanger zien wij in het geestelijk Israël – be­staande uit jood en heiden – dezelfde dingen. Ook daar voelt men zich arm en naakt en onrechtvaardig, De belijdenis dat men een arme zondaar is, wordt algemeen erkend en gewaardeerd. In deze belijdenis zit, zoals u wel begrijpt, de erkenning dat er nog geen vrede tussen God en deze mens be­staat. Men kruipt nog steeds tussen de bosjes weg om God niet te ontmoeten.

Toch spelen juist deze dingen zich af in die kringen waar men zeer godsdienstig is. Men gaat levenslang ter kerke maar tot zekerheid van het geloof komt men niet. Nu, juist voor deze mensen zal de krijgsbazuin geblazen moeten worden. Men zal tot hen moeten zeggen dat het de duivel gelukt is hun buiten het Koninkrijk der hemelen te gouden, door gebruik­making van vrome geesten en leugengeesten, die de leer van Jezus Christus verdraaien, waardoor deze geen uitwerking meer heeft.

Zij zullen gehoorzaam moeten worden en de appel van de boom des levens moeten eten, zoals die ons in Jezus Chris­tus gegeven is. Iedereen wil op zijn eigen wijze zalig worden, maar men komt al spoedig tot de ontdekking dat al­les blijft zoals men was. Jezus echter belooft aan een ie­der die in Hem gelooft op de wijze zoals de schrift zegt, dat hij een nieuwe schepping zal worden. Zie het oude is voorbij gegaan, het nieuwe is gekomen. Dan zal men in overéénstemming met Gods Woord gaan belijden dat men door dit geloof gerechtvaardigd wordt en dat men vrede met God ontvangt. Wij dan gerechtvaardigd uit het geloof, hebben vrede met God, door onze Here Jezus Christus.

Er is maar een evangelie

Vrome geesten en leugenmachten die onze medemensen er onder houden, zullen aan de kaak gesteld moeten worden, dat wil zeggen openbaar gemaakt moeten worden. Wij zullen moe­ten terugkeren naar de leer der vaderen, de apostelen. Paulus zegt daarvan in (Gal. 01:06-10) dat er maar één evangelie is en dat een ieder die een ander evangelie brengt vervloekt is. (Gal. 01:09)- “Gelijk wij vroeger reeds gezegd hebben – zegt Paulus – zeg ik thans nog eens; Indien iemand een evangelie predikt, afwijkend van hetgeen gij ontvangen hebt, die zij vervloekt.

Ook Jezus Zelf zei tegen Zijn discipelen: Leert hun dan onderhouden alles zoals Ik u het geboden (geleerd) heb. Hij was het vleesgeworden Woord en Hij openbaarde ons Gods wil. Daarom zullen wij dan ook in deze eindtijd moeten terugkeren naar het Woord van God en trouw gaan onderhouden alles wat Hij ons geboden heeft. Hij wil van ons geestelijke mensen maken. Mensen die weer horen en verstaan wat de wil des He­ren is. Uitgaande, goeddoende en genezende alles wat de dui­vel verminkt en verziekt heeft.

Naar de overwinning

Lauwe mensen zijn natuurlijke mensen. Zij geloven nergens in of zij moeten het eerst zien. Zij zijn als de tien ver­spieders in het land Kanaän. Zij zien in het beloofde land om zich heen en komen dan huilende tot de bekentenis dat het allemaal wel mooi is maar dat het nooit wat wordt. De mens is maar een sprinkhaan, een nietig wezen die alleen de boel maar kaal kan vreten. Hij is echter in zijn natuurlijk den­ken verblind, omdat hij in de veronderstelling verkeert dat hij het zelf moet doen.

Wij belijden echter, dat Jezus Zelf ons voorgaat. Hij is het Hoofd van Zijn volk. Hij is de Geestelijke Leider die Zijn volk naar de overwinning zal leiden.

Natuurlijke mensen zijn nooit extreem, zij drijven altijd met de stroom mee. Zij doen datgene wat de grote massa ook doet en zij willen geen weg gaan waarop zij door de Heer ge­heiligd zullen worden.

Herstel door Gods Geest

Geloof is geen inspanning, maar is Vertrouwen op Gods almacht. Gods Geest, de Geest van Jezus die Hem heeft op­gewekt, zal ook onze sterfelijke lichamen levend maken. Gods Geest geeft herstel. En als de mens weer gaaf is ge­worden krijgt hij een geestelijk lichaam. Dan zullen wij zijn zoals Hij is.

Het plan Gods is veel zonen tot heerlijkheid brengen. Dat is een leven, waard om te leven. Niet meer opgesloten in systemen en leringen van mensen, maar leven tot lof en eer van Zijn Haam.

Het nieuwe deeg

Hij verlangt naar de lof en dank van onze lippen, omdat Hij ons een nieuw leven heeft geschonken. Daarom, lezers en lezeressen, doet het oude zuurdesem uit uw midden weg en wordt een nieuw deeg. Handel en wandel zoals Hij het ons geleerd heeft en kom tot de daad. Geef antwoord aan Hem.,

Hij die u roept is getrouw, Hij zal het doen, want Hij is een Waarmaken van Zijn Woord.

Indien u vragen hebt, indien u gebed wenst, of indien u gedoopt wil worden, schrijf ons dan. Hij zal ons de weg openen, opdat al de wensen van uw hart vervuld zullen worden.

 

Het allerergste

Daniël, ons zoontje van zes, is de laatste tijd nog al bezig met het begrip “oorlog”.

Laatst op een morgen in de auto zei hij: “Papa, kan er vandaag wel oorlog komen?”.

Ik zei; “Dat zou niet te hopen zijn, oorlog is iets verschrikkelijks. Dat zou het allerergste zijn wat ons zou kunnen overkomen….”

Zijn reactie: “Dat is niet het allerergste…..Het allerergste zou zijn als de Here Jezus dood zou gaan!”.

Ja, daar staan wij nooit meer bij stil. Stel eens een moment voor dat dit zou gebeuren. In één seconde zou heel ons geloof wegvallen. We zouden geen houvast meer hebben…

Gelukkig weten wij dat zo iets niet mogelijk is. Hoe­veel te meer zullen wij Hem dankbaar moeten zijn, dat Hij leeft tot in alle eeuwigheid.’

Jezus ging eens de dood voor ons in…..

Maar Hij bleef niet in de dood.

Hij overwon de dood’

Toen Jezus stierf op Golgotha en het uitriep “Het is volbracht!”, werd satans macht verbroken. Hij werd ont­troond en overwonnen.

Schijnbaar had satan de overwinning behaald, maar in werkelijkheid was het de overwinning van God’

Want Jezus stond na drie dagen op uit de dood en nu leeft Hij tot in alle eeuwigheid….. en wij die in Hem ge­loven met Hem!