Levend geloof 1977.06 nr. 172
Volkomen verlossing
De boodschap voor de eindtijd door Gert Jan Doornink
Volkomen verlossing door Jezus Christus is de boodschap voor de wereld van vandaag. Het is de boodschap van de levende God voor deze eindtijd. Want Jezus zelf zei, sprekende over de verschillende eindtijdgebeurtenissen: “En dit evangelie van het Koninkrijk zal in de gehele wereld gepredikt worden tot een getuigenis voor alle volken, en dan zal het einde gekomen zijn” (Matt. 24:14) .
Wie Jezus volgt in Zijn bediening toen Hij op aarde was, wie let op de bediening van de apostelen en wat er gebeurde in en door de eerste Christengemeenten, zal het steeds weer opvallen dat hun prediking bevestigd werd door tekenen en wonderen.
Het woord dat zij brachten – Jezus zelf en Zijn volgelingen in Zijn Naam – had de positieve uitwerking dat mensen totaal bevrijd werden uit de macht van satan. Zij kwamen tot volkomen verlossing omdat dit het doel ook was van Jezus’ komst naar deze wereld. 1 Joh. 03:08 zegt: “Hiertoe is de Zoon van God geopenbaard, opdat Hij de werken des duivels verbreken zou.
Jezus heeft een volkomen verlossing teweeg gebracht aan het kruis van Golgotha. Hij had bewezen dat Hij satan had overwonnen en sprak dan ook na Zijn opstanding tot Zijn discipelen: “Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde” (Matt. 28:18).
De grote opdracht
Aan deze uitspraak word dan ook de grote opdracht verbonden: “Gaat dan heen, maakt al de volken tot Mijn discipelen en doopt hen in de Naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes en leert hen onder houden al wat Ik u bevolen heb” (Matt. 28:19).
De waarachtige volgelingen van Jezus in deze eindtijd zullen daarom ook dezelfde boodschap brengen die Jezus bracht. Do boodschap van volkomen verlossing. Vandaag heeft alleen deze boodschap waarde: Zondaren ontvangen vergeving van zonden, zieken worden genezen, gebondenen worden bevrijd, angst, vrees en twijfel verdwijnen. De mens die Jezus leert kennen ontvangt vreugde en zekerheid, overwinning en kracht. Hij neemt zijn nieuwe, geestelijke plaats in en wordt zelf een verkondiger van de boodschap van volkomen verlossing.
Helaas zijn er vele kinderen Gods die deze boodschap niet “aan durven”. Zij zeggen bijvoorbeeld “het behouden worden van de ziel” is toch het allerbelangrijkste?” De Heer vraagt ons echter niet, wat het belangrijkste is, maar of wij Hem gehoorzaam willen zijn!
Gezag over satan
Terwijl Jezus nog op aarde was gaf Hij Zijn discipelen gezag over satan. Hij sprak: “Zie, Ik heb u macht gegeven om op slangen en schorpioenen te treden en tegen de gehele legermacht van de vijand; en niets zal u enig kwaad doen”(Luc. 10:19). Toen Hij bij Zijn afscheid zei: “Gaat heen in de gehele wereld, verkondigt het evangelie aan de ganse schepping”(Mark. 16:16), heeft Hij geen ander evangelie bedoeld dan dat Hij zelf gebracht had: Het evangelie van het Koninkrijk Gods, het evangelie van volkomen verlossing. Hij sprak immers ook over de tekenen die de gelovigen zouden volgen: “In Mijn Naam zullen zij boze geesten uitdrijven, in nieuwe tongen zullen zij spreken, slangen zullen zij opnemen, en zelfs indien zij iets dodelijks drinken, zal het hun geen schade doen; op zieken zullen zij de handen leggen en zij zullen genezen worden” (Mark. 16:17-18).
Wij zullen ons daarom niet moeten laten beïnvloeden door gelovigen die afwijzend staan tegenover het volle evangelie. Zij wijken af van de gezonde leer. En zeker in deze eindtijd – nu de machten der hel zich hebben gemobiliseerd en kinderen Gods proberen uit te schakelen als instrumenten in Gods hand – is er maar één evangelie waardevol. Het is dit evangelie dat met grote kracht geproclameerd moet worden, omdat het de mensen werkelijk gelukkig maakt en volkomen bevrijdt uit satans macht.
Geen reden om te twijfelen
Wie twijfelt aan dit evangelie, aan deze boodschap, twijfelt in feite aan Gods Woord en Zijn beloften. En we hebben geen enkele reden om te twijfelen! God staat garant voor Zijn Woord. Al Gods beloften zijn in Jezus Christus, ja en amen!
Veel kinderen Gods reageren als mensen die het ijs niet op durven. Terwijl het nachtenlang hard gevroren heeft en er een dikke ijslaag op het water ligt, zijn ze nog bang dat ze er door zullen zakken, terwijl daar geen enkele reden voor is. Of zij zijn als mensen die in een winkelcentrum, waar geen autoverkeer is toegestaan, toch de straat niet over durven steken, omdat ze denken dat ze nog overreden zullen worden. In de natuurlijke wereld vinden we mensen die zo reageren dom en dwaas. Waarom reageren dan vele gelovigen wel zo in geestelijk opzicht? Omdat ze voet hebben gegeven aan vrees, twijfel en ongeloof!
De volkomen verlossing is echter een zekerheid voor elk kind van God. Durf het met de levende God te wagen! Al wie op Hem zijn geloof bouwt, zal niet beschaamd uitkomen! De Bijbel zegt: “Geef de duivel geen voet”. Op welke wijze hij u ook wil beïnvloeden, geef hem geen kans, maar weersta hem in de Naam van Jezus. Vertrouw op de Heer met heel uw hart, en u zult ervaren dat de volkomen verlossing van Jezus Christus in uw leven een dagelijkse werkelijkheid is!
Wie schaamt zich (niet) voor het evangelie? Door Gert Jan Doornink
Wie een volgeling van Jezus is – en dat is ieder waarachtig kind van God – behoort zich niet te schamen voor het evangelie. Wij moeten “altijd bereid zijn tot verantwoording aan allen die ons rekenschap vragen van hoop die in ons is”, zegt 1 Petr. 03:15.
Toch zijn er vele kinderen Gods die moeite heb ben om vrijmoedig te getuigen van Jezus Christus. Terwijl Jezus zeer nadrukkelijk gezegd heeft: “Want een ieder, die zich voor Mij en voor mijn woorden zal schamen, voor die zal de Zoon des mensen Zich schamen, wanneer Hij komt in Zijn heerlijkheid”(Luc. 09:26), zijn er vele kinderen Gods die zich op een of andere wijze schamen. Wat kunnen de oorzaken zijn?
Eén van de voornaamste redenen is ongetwijfeld het gebrek aan volkomen overgave, dat zich manifesteert op kritieke momenten, als het er op aankomt om vóór Jezus uit te komen. Het met één been staan in de wereld en met het andere in het Koninkrijk Gods is een riskante zaak, waarop geen zegen rust. Jezus heeft gezegd: “Wie niet vóór Mij is, is tegen Mij”. We zullen daarom radicaal voor Jezus moeten kiezen!
Een andere reden is gebrek aan kracht. Petrus verloochende zijn Heiland, toen hij nog niet vervuld was met de Heilige Geest. Maar na Pinksteren openbaarde zich een geheel andere Petrus. Vol van de Heilige Geest was hij een belangrijk instrument in Gods handen. Geen enkel kind van God kan zonder de kracht van de Heilige Geest!
Ook gebrek aan inzicht kan een reden zijn dat men zich schaamt voor het evangelie. Wij zullen ten alle tijde moeten beseffen dat het werkelijke evangelie de openbaring van de levende God zelf is. Het is geen vrijblijvende boodschap maar drukt het wezen en het karakter van God zelf uit. Daarom kon Paulus aan de Gemeente te Rome schrijven: “Want ik schaam mij het evangelie niet: Want het is een kracht Gods tot behoud voor ieder die gelooft” (Rom. 01:16).
Dat naamchristenen zich schamen voor het evangelie is een vanzelfsprekende zaak. Immers zij hebben nog nooit de werkelijke kracht van het evangelie ervaren. Even vanzelfsprekend behoort het echter te zijn dat echte christenen zich niet schamen voor het evangelie! Denk aan de woorden van Jezus: “Al wie Mij verloochenen zal voor de mensen, die zal ook Ik verloochenen voor mijn Vader die in de hemelen is, maar…. een ieder die Mij belijden zal voor de mensen, die zal ook Ik belijden voor Mijn Vader, die in de hemelen is!”(Matt. 10:33-32).
De gezonde leer door H. J. Glasbergen
Een nieuwe leer met gezag
“Wij hebben u nadrukkelijk verboden in deze naam te leren; en zie, gij hebt Jeruzalem vervuld met uw leer” (Hand. 05:28). De leer van Jezus was vol kracht en gezag, want Jezus sprak de woorden Gods. Door Zijn volmaakte offer en lijden, had Hij ook dit gezag aan Zijn discipelen gegeven, dit was Zijn vrucht.
En de vrucht van de discipelen was de Gemeente van Jezus Christus. Eens een volk in duisternis, nu in het licht, gekocht en betaald door Zijn bloed.
De synode van toen was bang voor deze leer, zoals wij nu ook bemerken. Jezus leerde Zijn discipelen in gelijkenissen vanuit het natuurlijke leven, een schaduw van het geestelijke leven, Gods Koninkrijk.
Zoals alles vrucht draagt in het natuurlijke leven, zo moet alles vrucht dragen in het geestelijke leven. Goede vruchten, door de kracht van de Heilige Geest. Alleen als de wedergeboren mens, vervuld met Gods Geest, verbonden blijft aan de wijnstok, Jezus Christus, draagt hij vrucht. Geworteld in Hem, en gehoorzaam aan Zijn Woord, kunnen wij God de Vader behagen en Hem dienen in gerechtigheid en heiligheid. Dan is het niet belangrijk wat wij van God willen, maat: wat Hij van ons wil. Breng dan vrucht voort, die aan de bekering beantwoord, zegt Johannes de Doper in Matteüs 3.
Indien gij in Mij blijft
“Indien gij in Mij blijft, zult gij veel vrucht dragen” (Joh. 15:01-08). Een omgehakte boom is nog steeds een boom, maar gedoemd om te sterven. Een afgesneden bloem, van bijvoorbeeld roos, tulp, narsis, iris, is vrucht van de bol of struik, maar reeds aan het sterven. Zo is elk gewas, wat gescheiden wordt van de wortel, van het leven gescheiden. Appel- en perenbloesems zijn prachtig, ook afgesneden in de vaas, maar het kan geen vrucht vóórtbrengen. Zo ook de wijnrank, leert Jezus ons.
Een korenveld is prachtig, eerst de halmen, dan de aren, maar het gaat uiteindelijk om de volgroeide graankorrels. Dat zijn de vruchten die het nieuwe leven in zich dragen.
Zo zijn ook Gods kinderen geroepen om vrucht te dragen, met Christus zijn zij gestorven om op te staan In het nieuwe leven. Zij zijn geroepen om volwassen te worden in het Lichaam van Christus (de Gemeente), om de ganse volheid Gods te openbaren, ons gegeven in Christus Jezus . De zonen Gods vormen de volgroeide vrucht van de Heilige Geest.
Lees wat Jezus ons leert in Joh. 12:24-31.
Geroepen tot vrucht dragen
Wij zijn allen geroepen tot vrucht dragen. Het Discipelschap is voor elk kind van God, zelfs voor hen die op hoge leeftijd zijn. Al kunt u er dan niet meer op uittrekken, dan is er thuis nog een gebedstaak. Kinderen, kleinkinderen, familie, buren en kennissen, zijn mensen die door God op uw weg gebracht worden. God zoekt aanbidders in geest en in waarheid. (Joh. 04:21-24). In de ouderdom zullen de rechtvaardigen nog vrucht dragen, zegt Ps. 092:013-016. En aan de vrucht kent men iemand. Een goed mens (die zijn er namelijk) brengt uit de goede schat van zijn hart het goede voort.
Dit brengt voor ons wel een grote verantwoording mee. Dan is het niet belangrijk wat de mensen van ons zeggen maar wat God van ons zegt. Hoeveel compromissen worden er niet gesloten om mensen te behagen. Het woord van Jezus was scherp en hard, vol opbouwende kritiek. Het verspreidde een recht spoor van licht en waarheid, genezing en bevrijding.
Wat maakt ons vrij?
Geen leer van verdraagzaamheid maakt ons vrij, maar de Geest der waarheid. Paulus zegt dat er een tijd komt dat de gelovigen tal van leraars zullen volgen, die van de waarheid afdwalen, om mensen te behagen.
We zijn niet genaderd tot een verzameling van kerken, die van goede wil zijn, maar tot de berg Sion, tot de stad van de heilige God, het hemelse Jeruzalem, en tot tienduizenden engelen en tot een feestelijke vergadering van eerstgeborenen. (Heb. 12:22-24). Zij staan ingeschreven in de hemelen. En wij zijn ook genaderd tot God de Rechter over allen. En tot de geesten der rechtvaardigen die de voleinding bereikt hebben en tot Jezus Christus!
Dit is geen uitvinding van mensen, maar van een heilig God. Hij heeft zich in Jezus Christus een Lichaam bereid – de Gemeente – rein, heilig en schoon. Volmaakt, bekleed met het goud van Gods eer, het zilver der liefde en een sierlijke kroon op het hoofd. (Ez. 16:06-14). De charismatische beweging is op weg, maar zij moet wel in beweging blijven en doorgaan. Gods volk was ook op weg naar het beloofde land, maar stierf in de woestijn door hun ongehoorzaamheid
De leer van God is heilig
Die niet blijft in de leer van Christus, heeft God niet maar wie in de leer blijft, heeft zowel de Vader als de Zoon. Indien iemand deze leer niet brengt, ontvang hem dan niet. (2 Joh. 02:07-13). De man met het ene talent was gedoopt met Gods Geest, maar niet vol van Gods Geest. Hij wist dat zijn Meester hard was, maar dacht dat het wel zou meevallen.
De dwaze meisjes waren genodigd, zij waren op weg en gedoopt met de heilige Geest maar niet vol van de Geest van God, want dan ga je niet slapen. God wil geen charismatische beweging, maar een leger van overwinnaars. Als de natuurlijke mens wapens maakt om zijn vermeende tegenstander te verminken, zelfs te doden, moeten het, de meest perfecte en volmaakte zijn. Als God ons de wapens der gerechtigheid geeft, zijn het de volmaakte zo als Paulus die noemt in de brief aan de Efeziërs, Ef. 06:10-20.
De rivier is vol van water!
Als God de mens doopt met de Heilige Geest, ook in de traditie kerken, is dit een uitnodiging om verder te gaan in dit nieuwe leven. Hij nodigt ons uit in te gaan op Zijn beloften. Stromen van levend water zal Ik geven, de rivier is vol van leven, en vruchtbomen die elke maand goede vruchten geven. Dit zijn de wonderbomen die alleen in het paradijs groeien.
Als je de heilige leer van God in een kerkelijke wijsheid wilt verpakken, wordt je een moeras, of stilstaande poel, waar geen leven in is. Maar die Hem liefhebben bewaren Zijn Woord, wat hen heilig is. (Joh. 14:15-31). Gods volk is geroepen om te heersen over de machten der duisternis en te dienen in het Lichaam van Christus. (Gen. 04:07). De duivel draait het om, die maakt van de mensen dienaren van hem en heersers over mensen. God maakt van de nieuwe mens een persoonlijkheid en geen dierbare toehoorder.
Allen leden van een lichaam
Wij zijn allen leden van één Lichaam. Maar dit is een volmaakt Lichaam, van een volmaakte God, heilig en onbesmet. Alle broeders en zusters van dit Lichaam van Jezus Christus hebben een taak in dit Lichaam en ieder is even belangrijk. Zij functioneren allen met één doel: Zijn Naam verheerlijken. Een ieder onderzoeke zich zelf. Duizenden in de charismatische beweging belijden de drie getuigen in de hemel, maar de drie getuigen op aarde verwerpen zij. (1 Johannes 5). Zij komen niet verder en blijven op een dood spoor staan. Zij blijven bidden: Neem uit mij en breek mij. Gods Woord zegt: Leg dan af. Dat moet je zelf doen. God breekt niet, maar heelt! Hij breekt ook geen wil, maar herstelt je wil. Wij zeggen met Jozef: Ik zoek mijn broeders, maar dan wel in Geest en waarheid.
Als je vol van je kerk of je zelf bent (dit kan ook) kan er niets meer bij van de Heilige Geest. Reinig de beker aan de binnenkant, wordt vervuld van Zijn Geest, want het is Zijn wil dat de mens volkomen zal. zijn. Jezus heeft gezegd: Dit zijn Mijn broeders en zusters, die Mijn woord horen en doen! (Mark. 03:31).
Een kalme reis (gedicht) door Judith
Heer, ik geloof… kom mijn ongeloof te hulp…
Een kalme reis op ’s levens zeeën,
Hebt Gij, o Heer, mij nooit beloofd;
Misschien zal ik – van lieverlede –
Van touw en tuig worden beroofd.
Misschien blijft er geen zeil meer over,
En raak ik in een dichte mist…
Maar Heer, ik weet: ik zal niet stranden,
Zolang Gij over ’t roer beslist.
De storm zult Ge me niet besparen,
Op elke tocht dreigt het gevaar…
Toch hoef ik, Heiland, niets te vrezen,
Als ‘k alle dingen met U klaar.
Een kalme reis? Heer, wil mij schenken:
(totdat mijn scheepje is geland)
Een groot geloof… een Godsvertrouwen,
In de besturing door Uw hand.
De heerlijkheid Gods door J Noë
Wat betekent het woord “heerlijkheid”?
Broeders en zusters. Het onderwerp, dat we nu gaan behandelen heeft een zeer diepe betekenis. De Heerlijkheid Gods! Wat houdt het in? Wat omvat het? Volgens de encyclopedie staat in het Oude Testament voor het woord “heerlijkheid” het Hebreeuwse woord “Kabod” wat in feite “eer” betekent. Maar het drukt ook uit: “Wat zwaar weegt”, “Wat ontzag en eerbied afdwingt”. De Griekse vertaling van de Bijbel geeft voor het woord “heerlijkheid”: “Doxa” aan, wat ook glans, pracht, rijkdom kan betekenen.
In Zijn Zelfopenbaring spreidt God Zijn Heerlijkheid, de Luister die Hem eigen is, Zijn Macht, ten toon. Het is de glans, die van Hem afstraalt in al Zijn werken, Zijn schepping, tot uiting komt, de Majesteit van de onvergankelijke God. Hij is de Almachtige, de Eeuwige, de Heilige, de Verhevene. God zegt: “Ik ben die Ik ben”. Zijn gehele Woord getuigt van Zijn heerlijkheid. Hij en het Woord zijn één. De mens is de kroon van Zijn scheppingswerk. Ps. 008:005-008 zegt: (Zie ook Genesis 1)
“Wat is de mens, dat Gij zijner gedenkt en het mensenkind, dat Gij naar hem omziet?
Toch hebt Gij hem bijna goddelijk gemaakt, en hem met heerlijkheid en luister gekroond.
Gij doet hem heersen over de werken uwer handen.
Alles hebt Gij onder zijn voeten gesteld”.
Hij heeft de mens dus ook nodig om Zijn heerlijkheid te openbaren.
Tengevolge van de zonde echter derfde de mens de Heerlijkheid Gods (Rom. 03:23).
Er moest een Middelaar komen om de verhouding God/mens te herstellen en deze Middelaar was Gods Zoon, Jezus Christus.
De heerlijkheid Gods in het oude testament
In het Oude Testament zien we hoe God op een machtige wijze Zijn Heerlijkheid openbaarde aan Noach, Abraham, Izaäk, Jacob en Israël.
We nemen nu alleen Israël en halen de volgende gevallen aan:
1.De uittocht uit Egypte,
a- In een vuur- en wolkkolom.
b- Op de Sinaï (wolk, bliksem en donderslag, verterend vuur).
c- Mozes’ gelaat weerspiegelde de heerlijkheid Gods, zodat hij zijn gezicht voor Israël moest bedekken.
2.Tijdens de woestijntocht.
3.Zijn aanwezigheid in het Heilige der Heiligen van de tabernakel en de tempel .
4.Bij de intocht in Kanaan.
5.Zijn verlossingsdaden. Hoe Hij Israël beschermde bij hun strijd tegen de vijanden.
Het is alles wonderbaar. Maar God kon ook als “de Gestrenge” optreden in Zijn gerichten. In heilige toorn kon Hij ontbranden, als men ongehoorzaam was. Vervloeking en dood kon er het gevolg van zijn. De geschiedenis van Israël spreekt dienaangaande duidelijke taal. God laat niet met Zich spotten.
De heerlijkheid Gods in het nieuwe testament
God openbaarde Zijn Heerlijkheid in de persoon en werk van Zijn Zoon Jezus Christus, de Middelaar.
In Joh. 01:14 staat:
“Het Woord is vlees geworden en het heeft onder ons gewoond en wij hebben Zijn heerlijkheid aanschouwd, een heerlijkheid als van de eniggeborene des Vaders, vol van genade en waarheid”.
Het hele wezen van Jezus openbaarde de Heerlijkheid van de Vader in Zijn woorden en in Zijn daden. Hij volbracht het werk dat Hem was opgedragen. Hij bracht de blijde boodschap van verlossing, bevrijding en genezing, wekte doden op en deed wonderen. Hij verbrak de werken des duivels. Op Golgotha werd de Hem door God de Vader opgedragen taak voltooid, de machten der duisternis werden door Hem verslagen, ontwapend en openlijk tentoongesteld. Daarna zegevierde Hij over de dood. In Heb. 01:01-04 staat:
“Nadat God eertijds vele malen en op vele wijzen tot de vaderen gesproken had in de profeten, heeft Hij nu in het laatst der dagen tot ons gesproken in de Zoon, die Hij gesteld heeft tot erfgenaam van alle dingen, door wie Hij ook de wereld geschapen heeft. Deze, de afstraling zijner heerlijkheid en de afdruk van Zijn wezen, die alle dingen draagt door het woord zijner kracht, heeft, na de reiniging der zonden tot stand gebracht te hebben, Zich gezet aan de rechterhand van de majesteit in de hoge, zóveel machtiger geworden dan de engelen als Hij uitnemen- der naam boven hen als erfdeel ontvangen heeft”.
Heb. 02:07b: “Met heerlijkheid en eer hebt Gij hem gekroond, alle dingen hebt Gij onder zijn voeten onderworpen”.
Door Jezus Christus is het dus weer mogelijk geworden om tot de juiste verhouding tot God de Vader te komen. (Lees in dit verband ook het hogepriesterlijk gebed in Johannes 17).
In Heb. 02:10-11 staat: “Want het voegde Hem, om wie en door wie alle dingen bestaan, dat Hij om vele zonen tot heerlijkheid te brengen, de Leidsman hunner behoudenis door lijden heen zou volmaken. Want Hij, die heiligt, en zij die geheiligd worden, zijn allen uit één; daarom schaamt Hij Zich niet hen broeders te noemen”.
Hoe krijgen wij deel aan de heerlijkheid Gods?
Jezus is dus gekomen om vele zonen (en dochters) tot heerlijkheid te brengen. Dit is wonderbaar. Maar wat is daarvoor vereist? Drie dingen, namelijk:
a – gehoorzaamheid.
b – geloof.
c – de Heilige Geest.
a- Gehoorzaamheid.
Hierover heb ik kortgeleden een heel artikel geschreven. Ik wil er dus hier niet verder op ingaan. Alleen wil ik dit nog zeggen: Als we niet alles willen prijsgeven, en hier bedoel ik mee, al datgene dat een belemmering zou kunnen zijn om Hem (Jezus) te volgen, dan zullen wij geen deel krijgen aan de Heerlijkheid Gods.
b- Geloof.
Hierover is ook reeds heel wat geschreven. Toch wil ik enige dingen hierover zeggen. Heb. 11:06 zegt:
“Zonder geloof is het onmogelijk Hem welgevallig te zijn”.
Het geloof is niet een kwestie van het verstand, maar van het hart. Zoals liefde iets is wat het hart aangaat zo is dat ook het geval met het geloof. Je beantwoordt Gods liefde, door met je hart te geloven in Zijn Woord, Zijn beloften en in het volbrachte werk van Zijn Zoon en dienovereenkomstig te handelen. Joh. 01:12 zegt:
“Doch allen, die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven om kinderen Gods te worden, hun, die in Zijn Naam geloven, die niet uit bloed, noch uit de wil des vlezes, noch uit de wil eens mans, doch uit God geboren zijn”.
“Een ieder, die gelooft, dat Jezus de Christus is, is uit God geboren”(1 Joh. 05:01). (Denkt u er om, niemand kan zeggen: “Jezus is Heer”, dan door de Geest. U zult wel begrijpen, wat ik hiermee bedoel) .
In Joh.14:12-14 staat:
“Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, wie in Mij gelooft, de werken die Ik doe, zal hij ook doen en nog groter dan deze, want Ik ga tot de Vader en wat gij ook vraagt in Mijn Naam, Ik zal het doen opdat de Vader in de Zoon verheerlijkt worde. Indien gij Mij iets vraagt in Mijn Naam, Ik zal het doen”.
Verder zegt Jezus in Joh. 11:40 (Opwekking van Lazarus): “Heb Ik u niet gezegd, dat gij, indien gij gelooft, de heerlijkheid Gods zult zien?”
Dus door waarachtig geloof zijn wij in staat, de Heerlijkheid Gods te ervaren in onszelf, maar ook ten opzichte van anderen.
C- De Heilige Geest.
Gods Woord zegt duidelijk, dat we de Heilige Geest nodig hebben, opdat Zijn Heerlijkheid tot openbaring kan komen. Want als onze geest gemeenschap heeft met Zijn Geest ervaren wij Zijn macht en kracht en kunnen we Zijn getuigen zijn.
Rom. 08:14-17 zegt: “Want allen die door de Geest Gods geleid worden zijn zonen Gods. Want gij hebt niet ontvangen de geest van slavernij om opnieuw te vrezen, maar gij hebt ontvangen de geest van het zoonschap, door welke wij roepen: Abba, Vader. Die geest getuigt met onze geest, dat wij kinderen Gods zijn. Zijn wij nu kinderen, dan zijn wij ook erfgenamen: erfgenamen van God, en mede-erfgenamen van Christus; immers, indien wij delen in zijn lijden, is dat ook te delen in Zijn verheerlijking”.
In 2 Kor. 03:18 staat: “De Here nu is de Geest, en waar de Geest des Heren is, is vrijheid. En wij allen, die met een aangezicht, waarop geen bedekking meer is, de heerlijkheid des Heren weerspiegelen, veranderen naar hetzelfde beeld van heerlijkheid tot heerlijkheid, immers door de Here, die Geest is” Halleluja!
Zo moet het zijn, broeders en zusters. Ons lichaam is de tempel van de levende God en van Jezus Christus. En als Zijn volheid, die wij verkregen hebben in Jezus Christus, in ons gestalte heeft genomen, zullen wij ook Zijn Heerlijkheid weerspiegelen. Amen.
Een volk zonder toekomstvisie gaat ten gronde door Jan W. Companjen
Een nieuw tijdperk
Gebrek aan visie is steeds de oorzaak geweest van het ondergaan van de zon op die dag dat men dacht dat de echte dageraad was aangebroken .
Bij de komst van Jezus Christus op aarde brak er een nieuw tijdperk aan. Alles werd nieuw. Er ontstond een nieuw volk van God, bestaande uit jood en heiden. Er was geen aanzien des persoons meer. Door één Geest werden allen tot één Lichaam gedoopt. En, iedereen die zo in Christus gedoopt was, had zich ook met Christus bekleed. Met Hem ondergaan, was ook: met Hem opstaan. Dat opstaan tot een nieuw begin is door de eerste Christenen goed begrepen. Zij zetten voort, wat Christus was begonnen te doen. (Hand.1).
Toch heeft die nieuwe visie op het doel van het leven van de mens, tot op heden niet de zonen Gods tot openbaring gebracht, wat de bedoeling was. Hoe komt dat? Daar willen wij het deze keer eens over hebben.
Jezus brengt scheiding
Honderd jaar na Christus werd de Bijbel afgesloten (zo ongeveer) . Het was een goed sluitend Woord van God geworden. Het Oude Testament, met vierduizend jaar menselijke geschiedenis en Godservaring, werd afgesloten met het opmerkelijke hoofdstuk Maleachi 4: De aankondiging van de dag des Heren. Die dag komt, staat daar, brandende als een oven. Jezus komt om scheiding te maken tussen goed en kwaad tussen echt en onecht, tussen doden en levenden. Voor de één komt Hij als brandend vuur en zij zullen als stoppels in brand vliegen zodat er niets van overblijft. Maar voor de ander komt Hij als de Zon der gerechtigheid, tot genezing naar geest, ziel en lichaam. Zij, die genezen zijn, zullen springen als kalveren die uit de stal komen. Maar Hij komt ook als Koning en Hij zal de zijnen maken als koningen en priesters die de goddelozen zullen vertreden als stof onder hun voeten.
En dan de laatste verzen uit het Oude Testament (Maleachi 4). Daarin wordt opgeroepen de wet van Mozes te gedenken, die hij op de berg Horeb ontvangen heeft. Tot aan de dag van Christus’ komst werden zij – het oude verbondsvolk Gods (maar ook de hedendaagse gelovigen, die nog steeds in de geest van het oude verbond leven) – door die wet in verzekerde bewaring gehouden (Zie Galaten 3:15-29).
Het is zeer opmerkelijk dat Elia op de berg Horeb ook afstand doet van zijn ambt als profeet. Op die berg kreeg hij diverse opdrachten, onder andere de opdracht dat hij Elisa tot zijn opvolger moest zalven. Met diezelfde Elia sluit het Oude Testament af. Elia, het type van de wegbereider Gods, die ook zo sterk in Johannes de Doper werd gevonden en waarvan Jezus dan ook zegt dat hij, Johannes de Doper, de Elia is die komen zou.
De eindtijdboodschap
Nu is het wel zeer duidelijk dat de boodschap van Johannes de Doper, ook de boodschap van nu moet zijn. Zoals dat was bij Elia en bij Johannes moet dat ook nu de eindboodschap worden.
En hij zei: (Matt. 03:02) Bekeert u, want het Koninkrijk der Hemelen is nabijgekomen. En in vers 11: Ik doop u met water, maar die na mij komt is sterker dan ik, Hij zal u dopen met de Heilige Geest. Ook Jezus zelf ging de weg naar Johannes. Hij zei daar zelfs van dat het ons betaamde (Hij en wij samen) alle gerechtigheid te vervullen. Daar, op die plaats, ging Jezus onder en daar, op die plaats, aanvaardde Hij Zijn kruis, aanvaardde Hij de weg die de Vader Hem zou laten gaan.
Bij onze doop aanvaarden wij hetzelfde. Ook wij staan op tot een nieuw leven met Jezus als Leidsman. Hand. 02:36 zegt zelfs dat het ganse nieuwe huis Israël zeker moet weten dat God Hem tot Here (Leidsman) en tot Christus (Verlosser) gemaakt heeft.
Is Jezus ook uw Heer?
Dat aanvaarden van Hem als Verlosser wordt door veel gelovigen wel aanvaard. Dat is een stukje eigen behoud, een stukje zekerheid voorde eeuwigheid. Maar dat aanvaarden van Hem als Heer, dat is moeilijker, dat is namelijk het aanvaarden van Pinksteren. Gods Geest wordt hen gegeven die Zijn Lichaam willen zijn, dat wil zeggen, die Zijn uitvoeringsorgaan hier op aarde willen zijn. Dat is de achtergrond van de doop in de Heilige Geest. Het gaat niet alleen om het spreken in tongen, of het zingen in tongen, dat is allemaal nog voor onszelf. Het gaat om herstel van alle dingen.
Dat herstel van de mens, dat begon met de komst van Christus op aarde. Hij ging rond, goeddoende en genezende allen die door de duivel overweldigd waren. Hij kwam als Eerstgeborene van vele broeders. Heel de schepping zucht naar het openbaar worden van de verdere zonen Gods.
In Christus heeft God zich laten zien als het levend geworden Woord. In Christus zagen wij hoe God zich de mens gedacht heeft: Een mens volkomen en gaaf toegerust om Gods wil te doen. Een mens die tot dit doel wil komen, heeft verlossing nodig. De mens zelf kon zo’n Verlosser niet voortbrengen en daarom zond God Zijn Zoon. Het vrouwenzaad, dat satan de kop zou vermorzelen, was geboren. Datgene wat reeds bij de zondeval was beloofd, werd werkelijkheid. Het nieuwe leven brak baan met volheid en kracht.
Want nu de Heer is opgestaan, nu breekt het nieuwe leven aan, een leven door Zijn dood bereid, een leven tot in eeuwigheid. –
Wij zijn geroepen tot koningen en priesters
Het aannemen van die Verlosser is een keerpunt in ons leven en juist dat aannemen van Jezus als Verlosser en Koning is in de geschiedenis verduisterd. De stem van Elia moet weer gaan klinken: Bekeert u, het Koninkrijk der hemelen is nabij gekomen. Het Koninkrijk van Jezus is aanstaande. Bekeert u, de bijl ligt reeds aan de wortel van iedere boom.
Wij zullen op dit punt koningen en priesters moeten worden. Koningen om te heersen over het kwade en daartoe de afgodenhoogten moeten afbreken, die onze voorvaderen hebben opgebouwd. Lees het Oude Testament, wat ons tot voorbeeld is gegeven, er maar eens op na. Een goed koning was hij, die de hoogten en afgodenofferplaatsen afbrak en deed wat goed was in de ogen des Heren. Waarom is er geen persoonlijk leven met Jezus meer? In Handelingen zien wij dat die omgang er zeer intensief was. Het hele probleem ligt daarvoor bij ons. Wij zijn daartoe (nog) niet voldoende innerlijk toegerust. Wie durft er momenteel nog voor uit te komen dat hij een rechtvaardige is? Dat hij of zij geen zondaar is, maar een gekochte door het bloed van het Lam. Dat Lam Gods dat de zonde der wereld wegneemt. Men kletst maar wat, maar waar zijn zij, die geen besef van kwaad meer bezitten. De wil van God is het goede, welgevallige en volkomene (Rom.l2:2b). Laat u daarom niet langer overwinnen door het kwade, maar overwin het kwade door het goede.
Hoe komen wij tot deze dingen?
Antwoord: Door innerlijke toerusting. 1 Thess. 05:23 zegt: “En Hij, de God des vredes, heilige u geheel en al, en geheel uw geest, ziel en lichaam moge bij de komst van onze Here Jezus Christus blijken, in alle delen, onberispelijk bewaard te zijn. Die u roept is getrouw; Hij zal het ook doen”.
Hier vindt u een wet Gods, die Hij in u volbrengen wil. In gemeenschap met Hem zullen wij opwassen en vrucht dragen. Jezus zei: Maak eerst de beker van binnen schoon, de rest komt vanzelf. Wat gezaaid wordt komt tot openbaring. Bouw elkaar op in dit geloof.
Wat is gemeenschap?
Heb gemeenschap met Jezus en met elkaar. Gemeenschap? Wat is dat? Als ik nu van Godswege iets in u leg en het draagt vrucht, dan is dat uit gemeenschap geboren. Gemeenschap kunt u voelen. Gemeenschap wordt aanvaard (dat geeft vreugde en blijdschap) of het wordt afgestoten (geeft verdriet), het wordt als zaad niet aanvaard. Zie in dit verband eens 2 Thess. 01:10. Hier staat dat Hij, Jezus Christus, op die dag van Zijn komst verheerlijkt zal worden in Zijn heiligen (u en ik!) om met verbazing aanschouwd te worden in allen die tot geloof gekomen zijn. Want (en nu komt het, dat is de reden dat dit kan gebeuren) ons getuigenis heeft geloof gevonden bij u. Het gezaaide is tot Zijn volheid opgewassen. En dat alles geschiedt, zegt vers 12, opdat de Naam van onze Here Jezus Christus in ons verheerlijkt wordt.
Ga de weg van het koninkrijk der hemelen
Wordt dan hervormd in uw denken. Breek alle oude bouwwerken, die door mensenhanden en ideeën zijn opgericht, en kom tot het ware geloof in Hem. Ga de weg, die Hij ging, ga die éne weg (Jezus zegt: Ik ben de Weg). Die weg was en is één weg, de hoge weg in het Koninkrijk der Hemelen. Daar zijn zij die Hem toebehoren en waaraan de duivel niets meer heeft. Daar, in de onzienlijke wereld, wordt de strijd gestreden. Voor die strijd wordt u nu toegerust. Als de grote eindstrijd plaatsvindt, tussen de ware en de valse kerk, tussen de vrouw en de draak, dan zal dat in de hemelse gewesten worden uitgevochten. (Openb. 12:07 en volgende verzen): En er kwam oorlog in de hemel. Michaël en zijn engelen (de engelen Gods) hadden oorlog te voeren tegen de draak en zijn engelen. En dan komt er zo’n geweldige boodschap, een boodschap die aankondigt dat de duivel geen stand zal kunnen houden, ja dat in de hemel zijn plaats niet meer gevonden wordt. Hij wordt neergeworpen en zij – de gelovigen – hebben hem (de duivel) overwonnen door het bloed van het Lam en door het woord van hun getuigenis. Dat woord dat nu uitgezaaid mag worden. Daarom verheugt u gij hemelen en wie daarin wonen. Halleluja! Net als na de intocht in het land Kanaän door de Israëlieten, zullen wij daarom nu van de vruchten van dat hemelse land Kanaän eten. Het manna dat zij tot dat moment gegeten hadden hield op te vallen. Zo kwam Jezus ook als het manna Gods op aarde. Wij kunnen er van eten en verder piepen en mompelen, maar wij kunnen ook opwassen en het hemelse Kanaän binnengaan en opwassen tot man (betekenis van manna) Gods en dat laatste is de bedoeling.
Getuigenis br. Martens
Via br. Companjen ontvingen wij onderstaand getuigenis in dichtvorm van br. Charles ’ Martens uit Herzele in België. Br. Martens komt in de, samenkomst te Aalst. Hij is een blijmoedig Christen, wat ook wel uit het gedicht blijkt. Het bewijst dat ook onze broeders en zusters van Rooms Katholieke afkomst tot een vol en levend geloof kunnen komen!
O, mijn Heer, wat ben ik blij!
Eens kwam er in mijn leven, een ware bron t’ ontstaan.
De bron, die mij heeft licht gegeven,
waardoor ik vrij tot God kan gaan.
O, mijn Heer, wat ben ik blij, daar ik uw licht nu heb gevonden.
O, Heer Jezus, gij maakt vrij, en verlicht mij t’ elken stonde.
Als soms satan komt met boeien,
om mij van Gods weg te slaan
dan komt Gods licht mij toe te vloeien,
kan ik met Jezus verder gaan
Bange dagen in mijn leven,
ken ik nu of nimmer meer.
Gij, Zoon Gods, hebt licht gegeven,
’k prijs u daarom keer op keer.
‘k Bid voor hen in satans klem,
opdat zij komen ook tot U.
Heer laat horen hun Uw stem,
O, Heer Jezus, breng hen nu.