Levend Geloof 1978.02 nr. 179
Waar woont God? Door Gert Jan Doornink
“De God, die de wereld gemaakt heeft en al wat daarin is, die een Heer is van hemel en aarde, woont niet in tempels met handen gemaakt, en laat Zich ook niet door mensenhanden dienen, alsof Hij nog iets nodig had, daar Hij zelf aan allen leven en adem geeft”(Hand. 17:24-25).
Waar woont God niet?
Wanneer ons de vraag gesteld wordt, waar wij wonen, hebben wij daar direct een antwoord op. Vrijwel iedereen heeft een vast adres. Daar wonen en leven wij. Dat is onze verblijfplaats om te wonen en te relaxen. Daar voelen wij ons, als het goed is, gelukkig.
Op de vraag, waar God woont, geeft Paulus in Handelingen 17 in de eerste plaats het antwoord, waar Hij niet woont. Hij zegt het zeer duidelijk: “God woont niet in tempels met handen gemaakt”. In welk verband zei Paulus dit? Met het oog op wat hij zag in de stad Athene, de geweldige afgoderij daar. Paulus was in Athene terechtgekomen op zijn tweede zendingsreis.
Athene was een belangrijke stad in die tijd uiteraard ook nu nog als hoofdstad van Griekenland maar in de tijd Van Paulus’ was het een zeer belangrijk centrum van cultuur en wetenschap. Het was gelegen aan de voet van de heuvel Acropolis. Er waren vele tempels, waarvan sommige tot op de dag van vandaag bewaard zijn gebleven. De mensen geloofden in allerlei godheden. Paulus bestreed dit zogenaamde polytheïsme en verkondigde het monotheïsme. Immers hij had de ene waarachtige God leren kennen, geopenbaard in Jezus Christus.
Dat Paulus goed op de hoogte was van de cultuur en de wetenschap, van de inwoners van Athene, blijkt onder andere uit het feit dat hij één van hun dichters (Aratus) citeerde. (Hand. 17:28).
Wat Paulus deed in Athene
Paulus zou geen dienstknecht van God zijn, als hij met de armen over elkaar heen bleef zitten. Integendeel, we lezen hoe zijn geest in hem geprikkeld werd bij het zien van zoveel afgodsbeelden… en nu komt het: daarom ging hij aan het werk! (Let speciaal op het woordje: daarom.). Hij hield dagelijks in de synagoge besprekingen en later voor het gerechtsgebouw van Athene, de areopagus. Handelingen 17 vers 17 (Hand. 17:17) zegt het duidelijk dat hij dit dagelijks deed. Ook alle andere Nederlandse Bijbelvertalingen spreken daarvan, in dezelfde bewoordingen, zoals alle dagen, elke dag en dagelijks. Paulus was dus volhardend en ons hier in ten voorbeeld. Als we nu letten op de inhoud van Paulus toespraken, dan valt het al spoedig op dat hij hetzelfde evangelie bracht, wat ook Jezus verkondigde: het volle evangelie. Hij bracht het evangelie van Jezus en van de opstanding. Handelingen 17 vers 18b. (Hand. 17:18b) Zijn boodschap resulteerde in een dringende oproep zich te bekeren tot de levende God. Jullie moeten van je dode vormen dienst bevrijd worden en dit is alleen mogelijk door de opgestane Jezus te aanvaarden, was het centrale thema van zijn boodschap.
God woont in mensenharten
De inwoners van Athene werden geroepen te geloven in Jezus en Hem toe te laten in hun hart. Dat is tevens het antwoord op de vraag, als God niet woont in tempels met handen gemaakt, waar Hij dan wel woont. Het is een heel simpel antwoord: God woont in mensenharten.
God woonde in het hart van Paulus, omdat hij geloofde in Jezus. God woont in uw en mijn hart als wij geloven in Jezus. Het is zeer belangrijk dat wij dit goed inzien. Want dan begrijpen wij ook wat Paulus daar in Athene bedoelde als hij daarover sprak. Lees eens goed wat Paulus daar zegt in Hand. 17:24-28. Hij legt uit dat wij van het geslacht van God zijn. Immers wij zijn gemaakt naar het beeld van God. Wij waren bijna Goddelijk. Maar de zonde maakte scheiding tussen ons en God.
Paulus legt uit dat, omdat wij van het geslacht van God zijn wij daarom ook niet moeten menen dat God gelijk is aan goud of zilver of wat dan ook, of dat we God op een bepaalde plaats moeten zoeken Paulus zei: Jullie zijn helemaal op de verkeerde toer, jullie zien het helemaal verkeerd…. zoals helaas ook in onze dagen velen nog een totaal verkeerde voorstelling van God hebben.
Denk ook aan wat Jezus zelf daarover zegt in het gesprek met de Samaritaanse vrouw in Johannes 4. Als deze vrouw op een gegeven ogenblik vraagt naar de plaats waar God aanbeden moet worden, antwoordt Jezus in deze duidelijke bewoordingen: “Geloof Mij, vrouw, de ure komt, dat gij noch op deze berg, noch te Jeruzalem de Vader zult aanbidden. Gij aanbidt, wat gij niet weet; wij aanbidden, wat wij weten, want het heil is uit de Joden; maar de ure komt en is nu dat de waarachtige aanbidders de Vader aanbidden zullen in Geest en in waarheid; want de Vader zoekt zulke aanbidders; God is Geest en wie Hem aanbidden, moeten aanbidden in Geest en waarheid”(Hand. 04:20-24) .
De plaats van samenkomst is daarom ook veel minder belangrijk, dan de wijze waarop. Als honderd onbekeerde mensen in een prachtige kerk bij elkaar zijn en drie kinderen Gods in een oude schuur, dan is God bij de gelovigen in die oude schuur. God woont daar waar Zijn kin- deren zijn, want waar twee of drie verenigt zijn in Zijn Naam, daar is Hij! Natuurlijk is het fijn dat er om praktische redenen goede gebouwen en ruimten zijn om samenkomsten te kunnen houden, maar de gebouwen of kerken op zich hebben geen enkele waarde, wat de beleving van het geloof betreft.
God woont in Jezus en Jezus in ons
God woont in mensenharten. Zoals God woont in Christus, woont Christus in ons. Kol. 01:18-19 zegt, dat Hij het Hoofd van het Lichaam, de Gemeente is. “Hij is het begin, de eerstgeborene uit de doden, zodat Hij onder alles de eerste geworden is. Want het heeft de ganse volheid behaagd in Hem woning te maken”. Dat is het geheim. Door te geloven in Jezus is Hij komen wonen in ons hart. (Ef. 03:17).
God woont dus in Jezus en Jezus in ons. Maar hoe? Heeft Hij een deel van ons hart, of heeft Hij ons helemaal? Is Hij alleen maar kostganger of inwonend of een familielid, dat zo af en toe eens overkomt? Stel dat u een van uw kinderen in een apart kamertje zet en geen gemeenschap meer met hem wilt hebben. Dat is toch een ongezonde toestand! Toch gebeurt dit maar al te vaak in geestelijk opzicht.
De Bijbel zegt in 1 Joh. 01:03 dat onze gemeenschap met de Vader is en met Zijn Zoon Jezus Christus. Hij wil de totale woning van ons leven betrekken. Dit komt ook tot uitdrukking in ons getuigenis in deze wereld. Want naarmate onze overgave aan Jezus volkomen is, heeft ook ons getuigenis van Jezus betekenis en uitwerking. Jezus behoort dus alle kamers van ons geestelijk huis te hebben betrokken.
Als wij gaan verhuizen, gaan we ons nieuwe huis volledig inrichten. Er is wel eens geldgebrek, zodat we een of twee kamers eerst nog niet inrichten, maar dit geldt niet in geestelijk opzicht! Bij Jezus is leven en overvloed. En ook al gaat een verhuizing wel eens niet altijd even gemakkelijk, uiteindelijk komt alles op zijn plaats. Dat behoort ook in geestelijk op zicht te gelden. Sommige mensen hebben jarenlang moeite met iets. Ongehoorzaamheid en ongeloof zijn vaak grote struikelblokken. Laten we toch goed beseffen, dat pas als de Heer ons geestelijk huis volledig heeft kunnen inrichten hij ons ten volle gebruiken kan in Zijn dienst. En dat wil de Heer. Dat zien wij in deze geschiedenis van Paulus’ verblijf in Athene.
Wat Paulus deed, behoren ook wij te doen!
Terwijl Paulus in Athene wachtte op Silas en Timótheüs, werd zijn geest in hem geprikkeld, toen hij zag, dat de stad zo vol afgodsbeelden was” (Hand. 17:16). Daarom ging hij aan het werk!
Daarom vraagt de Heer ook van u en mij actief te zijn in dienst van de Meester! Of raakt uw geest niet geprikkeld bij het zien van de vele afgoden van onze dagen? Nu kunnen we gaan protesteren, we kunnen comités gaan oprichten tegen dit en tegen dat, maar de beste remedie en het meest in overeenstemming met de wil van God is: de verkondiging van het Volle evangelie! Zoals Paulus dat deed in Athene: “God dan verkondigt, met voorbijzien van de tijden der onwetendheid, heden aan de mensen, dat zij allen overal tot bekering moeten komen: omdat Hij een dag bepaald heeft, waarop Hij de aardbodem rechtvaardig zal oordelen door een man, die Hij aangewezen heeft, waarvan Hij voor allen het bewijs heeft geleverd, door Hem uit de doden op te wekken”(Hand. 17:30-31).
Wat is het gevolg, van deze prediking? Bij Paulus zien wij drieërlei resultaten. Daar zijn spotters, die lachen over de opstanding der doden, zoals ook vandaag velen achter de “God-is- dood theologie aanlopen. Dan zijn er de neutralen. Zij zeggen: “Wij zullen u hierover nog wel eens horen”. Ook die komen wij tegen in onze dagen. Maar er zijn er ook die tot geloof komen’ “Doch enige mannen sloten zich bij hem aan, en kwamen tot geloof, onder wie ook Dionysius, de Areopagiet, en een vrouw, genaamd Damaris, en anderen met hen” (Hand.17:34).
Hetzelfde gebeurt in onze dagen. Als wij getrouw zijn, (als de Heer volledig in ons woont!), zullen de vruchten zeker niet uitblijven. Daarom laten het ook wij de mensen toeroepen: Maak uw geloof los van verkeerde leerstellingen en tradities of wat dan ook, en leer de levende God in Jezus Christus kennen en wordt daardoor voor altijd gelukkig!
Levend geloof journaal door Gert Jan Doornink
Fusie tussen Volle Evangelie groepen
Twee groeperingen van gemeenten in de Nederlandse Pinksterbeweging, de “Volle Evangelie Gemeenschap Nederland” en de “Federatie van Volle Evangelie Gemeenten in Nederland” hebben op een gezamenlijk gehouden vergadering in januari de belangrijke beslissing genomen samen te gaan. De nieuwe benaming van de beide gefuseerde organisaties zal zijn: “Stichting volle evangelie gemeenten in Nederland”. Voorzitter is Evangelist Hans Koornstra.
Overigens heeft de nieuwe stichting niet de bedoeling een sterke organisatie op te bouwen, maar wel het geestelijk contact tussen voorgangers, oudsten en verdere medewerkers te bevorderen, elkaar te waarderen, te respecteren en zoveel als mogelijk is te helpen.
Met dat doel worden verschillende voorgangers en werkersvergaderingen gehouden. De eerstvolgende op 22 april, 10 uur te Hilversum, Oranjelaan 1.
Om ook de gemeenteleden bij het landelijk aspect te betrekken, wordt op tweede Paasdag, 27 maart, een conferentie voor gemeenten en belangstellenden gehouden te Rotterdam, met als sprekers o.a. de evangelisten Richard Heidema en Dries Nauta. Verdere inlichtingen bij het secretariaat van de V.E.G.N., te IJmuiden.
Massale doopdienst in China
Ontstaan er in China kansen voor het evangelie en gaat het zogenaamde bamboegordijn langzaam open? Berichten van de laatste tijd wijzen in die richting. Zo meldt ”De Telegraaf” van 24 februari dat China zijn grenzen open gaat stellen voor toeristen, zij het nog mondjesmaat. Dat de Gemeente van Jezus Christus in China nog steeds niet dood is blijkt uit een bericht in “Trouw” van 23 februari van EPS uit Honkong waarin melding wordt gemaakt van een massale doopdienst: Uit het bericht: “Kortgeleden zijn in een bepaalde streek in China honderd mensen gedoopt zonder dat de overheid dit trachtte te beletten. “Dit is bekend gemaakt in het blad China Talk van de verenigde Methodistische kerk in Honkong. In het blad stond een gesprek met een jonge christin in China, mejuffrouw Wong, wier gehele familie christen is.
Mejuffrouw Wong komt van het platteland en vertelde dat in haar dorp verscheidene christenen wonen, die zaterdags bijeenkomen voor bijbel studie en bespreking van de culturele revolutie. “Zover ik weet heeft niemand in ons dorp daar last van gehad” zei ze. Zij deelde mee dat ook onder de partijkaders christenen zijn. “Soms vroegen zij ons niet te luid te zingen tijdens onze huis- dienst, maar overigens deden zij hun eigen werk en wij deden het onze”.
De christenen komen gewoonlijk op zaterdag bijeen, omdat dit de vrije dag is. De dienst bestaat uit zingen, bidden en Bijbellezen en preken. Iedereen doet hieraan mee. Bij de recente doopplechtigheid in haar streek werden honderd jongeren en ouderen gedoopt. Eén van de plaatselijke partijleden schertste dat zij wel eens een kou konden oplopen en dat de christenen daarom moesten vermijden al te jonge kinderen en bejaarden te dopen. Dan zouden zij de volgende dag op ziekenrapport moeten. Mejuffrouw Wong vertelde dat niets misliep en niemand kouvatte.
De Chinese jonge vrouw vertelde voorts dat in het huis regelmatig avondmaal gevierd wordt en dat de kerk niets te maken had met buitenlanders. Onder de kerkleden zijn er die regelmatig het land doorreizen om andere gemeenten te bezoeken en te zorgen voor begeleiding en onderricht onder nieuwe gemeenteleden .
Nieuwe film over drugsbestrijding
Waarom zijn er zoveel mislukkingen in de opvang van drugsverslaafden? Wat ontbreekt er? Waarom vindt slechts 2-6% genezing, ondanks de beste doktoren, psychologen en analisten? Deze vragen worden gesteld op een folder welke de nieuwe film “The Jesus factor” met Charles Colson aankondigt. Op maandag 6 maart organiseert “Teen Challenge Nederland” in Den Haag een perspremière van deze nieuwe film over de opvang en begeleiding van drugverslaafden in “Teen Challenge” centra. Tevens zal hier een samenvatting van het onderzoekrapport, waarop deze film is gebaseerd worden bekend gemaakt.
Teen Challenge is ontstaan in 1958 in New York, door het werk van ds. David Wilkerson, die zich het loc van de losgeslagen jongeren in New York aantrok. Hij verruilde zijn plattelandsgemeente voor de getto’s van de New Yorkse achterbuurten, en hielp jongeren uit een leven van ‘gangs’, druggebruik en alcoholisme over te stappen naar een nuttiger bestaan. Velen bleken een langdurige begeleiding nodig te hebben in een opvangcentrum of boerderij.
Het Nederlandse Teen Challenge werk is in 1967 naar voorbeeld hiervan opgericht, en vormt nu een zelfstandig samenwerkingsverband van een aantal ontmoetingscentra voor jongeren en een opvangcentrum voor jongens (sinds 1973) en voor meisjes (sinds 1977) in Haarlem. Hier wordt (voor zover mogelijk) dezelfde aanpak gebruikt als in de Amerikaanse centra.
Wat baat het een mens door Judith
Inleiding
Welk een ernstige waarschuwing ligt in dit Schriftgedeelte besloten. Hier is de Leermeester aan het woord.
Die duidelijk te kennen geeft dat de keuze van de wil, het belangrijkste is. Wat triest om op het eind van je leven tot de conclusie te moeten komen dat je “door de bomen het bos niet meer hebt gezien” en het voornaamste hebt gemist.
Het woord “gemist” geeft zo’n gevoel van leegte, de plank misgeslagen te hebben en je (levens) kans en verkeerd te hebben afgewogen.
Maar mag je dan geen idealen koesteren; geen wensen of verlangens hebben? Integendeel’. Ps. 037:004 zegt: “Verlustig u in de Here, dan zal Hij u geven de wensen van uw hart”. Het ligt klaar om weggegeven te worden, maar ….staat God boven aan de lijst of is Hij “nuttig tot op zekere hoogte?” Zijn er andere dingen (carrière, vriendschapsbanden e.d.) die het geloof in Hem in de weg staan?
Ontvangen we niet alles uit Zijn hand (gezondheid, geluk, geld, enz.)? Is Hij niet de milde Gever aller dingen? Waarom niet de eer te geven aan Diegene wie die toekomt?
Een boodschap in klare taal. Je hoeft geen verborgen verliezer te zijn; de mogelijkheid om te kiezen is aanwezig. Hebt u al gekozen? Het zal u nimmer berouwen
God boven alles te hebben gesteld. Zijn aanbod is van levensbelang: in Christus is ons eeuwig leven geschonken
Wat baat het een mens (gedicht) door Judith
Matteüs 16:26
Al zou een mens het meest’ bezitten
Van alle rijkdom hier op aard,
Hij zou toch weer kunnen verliezen,
Hetgeen hij moeizaam had vergaard.
Al lag de wereld aan zijn voeten,
Al kende hij geen zorg of pijn…
Hij zou in ’t oog van God verloren
’t Meest te beklagen schepsel zijn.
Al zou hij zich van alle dingen
in ’t leven hebben vergewist…
Hij zou – indien hij God niet kende –
Het beste deel hebben gemist.
Wat zou ’t een mens uiteindelijk baten
Wanneer hij héél de wereld won,
Maar schade – aan zijn ziel berokkend
Geheel niet meer herstellen kon?!
Gods Woord tegenover de duivel door J. Noë
“Biedt weerstand aan de duivel, en hij zal van u vlieden” (Jak. 04:07).
Offensief van satan
Broeders en zusters. Ik zal met dit artikel wel eens in herhalingen vervallen, van wat ik in vorige artikelen heb aangehaald, maar het is goed, dat daar nog eens op benadrukt wordt.
We leven in een tijd (eindtijd) waar de machten der duisternis onder aanvoering van satan een groot offensief hebben ingezet. Wat alzo in de wereld en in het bijzonder ook in ons land gebeurt, daar kun je niet blind voor zijn. Wetteloosheid, zedeloosheid, schaamteloosheid, vandalisme, baldadigheid, misdadigheid, geweld, occultisme, verslaving aan alcohol en drugs, alsmede goddeloosheid en valse leer en afval in de diverse kerken en groeperingen, neemt ongekende vormen aan. Nu praat ik niet eens over oorlogsdreiging, kernwapens, enz. Gods Woord zegt ons duidelijk de dingen, die gebeuren gaan.
Hoe handelen wij?
We weten wat ons te wachten staat, maar ook hoe de ware kinderen Gods zullen gaan handelen. Behoren wij tot die categorie? In Romeinen 8 staat: Met reikhalzend verlangen wacht de schepping op het openbaar worden van de zonen Gods. Dat zijn dus de ware volgelingen van Christus, de heerscharen van overwinnaars, die, in onwankelbaar geloof, het Woord Gods hanteren tegenover de duivel met zijn machten.
Zoals reeds eerder dikwijls gezegd, het is voor de kinderen Gods een strijd in de hemelse gewesten. Daar wordt in geloof door de kracht van de Heilige Geest het uitgevochten. De resultaten worden dan ook zichtbaar hier op aarde.
De Heer beproeft ons
De Heer traint en loutert ons door allerlei beproevingen die op ons afkomen, opdat wij te zijner tijd bestand zullen zijn tegen alle aanvallen van satan met zijn trawanten, in welke vorm ze ook tot ons komen, in onze geest (gedachten), lichaam of door allerlei omstandigheden om ons heen. Hij wil ons op dat geestelijk niveau brengen, waardoor wij in alle situaties in staat zijn, als een rots in de branding te staan, onwankelbaar, het beeld van Zijn Zoon gelijkvormig, zodat de machten der duisternis zich te pletter lopen tegen onze geestelijke wapenrusting.
Ik zal nu eens voorbeelden nemen van zulke beproevingen. Om te beginnen iets, dat nogal eens voorkomt, namelijk bang zijn om ziek te worden. Er behoeft zich maar iets voor te doen, bijvoorbeeld: “Je zit in de tocht” of “Het is nogal slecht weer, waardoor mensen ziek worden”, of de gedachte komt naar boven en je zegt: “Als ik nu maar niet ziek wordt”. Hierdoor, broeders en zusters, heb je satan al voet gegeven.
En dan het volgende voorbeeld. Satan valt ons inderdaad in ons lichaam aan, we voelen ons beroerd, we hebben pijn en/ of er doen zich verschijnselen voor, die nu niet direct bemoedigend zijn. (Ik kan hiervan meespreken, omdat ik vroeger dienaangaande heel wat heb meegemaakt). Hoe reageren we nu? We weten door het Woord, dat Jezus al onze zonden en ziekten gedragen heeft, dat Hij satan met zijn trawanten heeft verslagen en ontwapend en met Zijn kostbaar bloed ons verlost heeft van satans macht, dat wij door Zijn striemen genezen zijn geworden, geest, ziel en lichaam, en dus een nieuwe schepping zijn geworden, een tempel van God.
Op welk niveau leven wij?
Van ons geestelijk niveau ( hangt dus nu af hoe wij reageren. Ik zal vier voorbeelden nemen.
1 – We worden angstig, nerveus, down, klagen en praten er over met anderen, roepen de dokter, bidden en laten ook voor ons bidden en handen opleggen.
2 – We raken niet zo van streek, maar roepen toch de dokter, bidden en laten voor ons bidden en laten ons de handen opleggen.
3 – We hebben even een zwak moment, maar gaan daarna direct tot de tegenaanval o- ver, het Woord Gods hanterende, volharden in gebed en laten ons zonodig de handen opleggen.
4 – We blijven volkomen rustig, volharden in gebed, hanteren in onwankelbaar geloof het Woord Gods en weerstaan iedere aanval van satan, wetende dat hij moet wijken.
Laten we nu onszelf eens afvragen, tot welke categorie we behoren en in hoeverre satan kans heeft gezien vat op ons te krijgen. Bij wie was gebrek aan vertrouwen en geloof?
De tactiek van satan
Satan werkt altijd op onze zintuigen (gevoel, horen, zien, enz.) en tracht daardoor onrust, angst en twijfel in ons hart te zaaien, om zodoende ons geloof aan het wankelen te brengen.
Denk maar eens aan Petrus, toen hij over het water naar Jezus liep. Zodra satan hem dwong naar de golven en de wind te kijken was het met hem gedaan en begon hij te zinken. En wat zei Jezus tot hem? Kleingelovige, waarom zijt gij gaan twijfelen?
Een goede les voor ons, broeders en zusters! We moeten wandelen in geloof en niet in aanschouwen. Het geloof wordt wel beproefd, maar nooit beschaamd. Paulus zegt: Ik schaam mij het evangelie niet, want het is een kracht Gods tot behoud, voor een ieder die gelooft! (Rom. 01:16).
We zijn in Christus door de Heilige Geest bekleed met Goddelijke macht, kracht, gezag en heerlijkheid, de ganse volheid Gods is via Christus in ons. We zijn medearbeiders en kunnen dus de machten der duisternis in alle omstandigheden en met autoriteit tegemoet treden en overwinnaars zijn!
Vragen uit de praktijk
Nu wil ik enige kwesties behandelen, die in de praktijk voorkomen en die wij toch eens onder de loep moeten nemen.
1 – Jezus zegt in Marcus 16 “Leg zieken de handen op en ze zullen genezen worden”. Jacobus 5 zegt: “Is er iemand bij u ziek? Laat hij dan de oudsten roepen, opdat zij over hem een gebed uitspreken en hem met olie zalven in de Naam des Heren en het gelovig gebed zal de lijder gezond maken en de Here zal hem oprichten”.
Dit zegt dus het woord. Als de genezing dus niet geschiedt, ligt het of aan de zieke, of aan degene die de handen oplegt of aan beiden. Er kunnen verschillende oorzaken voor zijn, waardoor de werking van de Heilige Geest geblokkeerd wordt. Het kan zijn, dat wij niet zuiver tegenover de Heer staan en een en ander opgeruimd moet worden, maar in vele gevallen is het een gebrek aan geloof en kracht. We doen zodoende de Naam des Heren schade aan.
2 – Broeder, mag. ik nu wel naar een dokter gaan, als ik ziek ben. Deze vraag houdt in, dat de zekerheid des geloofs in het Woord ontbreekt, anders was die vraag nooit gesteld. Ik raad deze broeders of zusters dan aan om wel naar een dokter te gaan, om niet in een kramptoestand te komen, met alle gevolgen van dien en de Heer te bidden om dat geloof dat genezing brengt.
3 – Broeder, het kan wel eens Gods wil zijn, dat ik ziek ben. Hij kan wel eens anders handelen, Hij is souverein. Dit is volkomen onjuist. Het is nooit de wil van God dat je ziek bent. God kan nooit tegen Zijn Woord ingaan. Door zo’n redenering wordt de grond onder je voeten weggeslagen en heb je geen houvast meer. Tussen het toelaten van God en de wil van God is een groot verschil.
4 – Een kind van God komt op nog vrij jeugdige leeftijd door een ongeval of bijvoorbeeld door een hartaanval plotseling om het leven. Dit zijn moeilijke gevallen. God alleen weet het “waarom” en “waardoor”. Ik voor mij kan echter niet geloven dat het de wil van God is geweest, maar dat satan kans heeft gezien toe te slaan. Petrus zegt niet voor niets: “Wordt nuchter en waakzaam, uw tegenpartij, de duivel, gaat rond als een brullende leeuw, zoekende wie hij zal verslinden”. Paulus onder vond ook de kracht van de tegenstander, toen hem belet werd naar de Thessalonicenzen te gaan.
Broeders en zusters, tot zover dit artikel. Ik eindig met Openbaring 2:26-28:
“En wie overwint en mijn werken tot het einde toe bewaart, hem zal ik macht geven over de heidenen; en hij zal hen hoeden met een ijzeren staf, als aardewerk worden zij verbrijzeld, gelijk ook Ik van mijn Vader ontvangen heb, en Ik zal hem de morgenster geven”.
Amen! God zegene u!
De zonde van de homoseksualiteit door H. J. Glasbergen
Bevrijding is genezing
In “Vuur”, het blad van de charismatische beweging, staat een artikel over de bevrijding van een homofiel. Het verhaal is van Ruth Carter, zuster van de president van Amerika. Deze vrouw staat in een bediening en heeft een zeer positieve opstelling over genezing en bevrijding.
Het verhaal wordt negatief door de noot van de “Vuur” redactie. Deze negatieve opstelling moet zeker dienen doordat velen in kerkelijke kringen zich mede schuldig maken aan deze zonde, en zelfs predikanten deze zondige levenswijze openlijk belijden en er deel aan hebben. Zij beroepen zich dan op de liefde in Jezus Christus geopenbaard. Alsof homofilie en lesbisch zijn (uit de zuivere bron van ‘liefde) tot een onzindelijke en seksuele gemeenschap zou leiden. Dit zegt een krom en verdraaid geslacht.
De “Vuur”-redactie zegt dat zij met hun homofilie dikwijls moeten leren (samen) leven. En dan te bedenken dat homofilie een zonde is die God een gruwel is.
Ongeveer tien jaar geleden schreef een bekend predikant uit “Vuur”-kringen dat de wetenschap en de kerk wegen zocht om tot een oplossing voor deze homofilie te komen. Toen wij hem schreven dat de oplossing van deze problemen 2000 jaar geleden al openbaar is geworden door het volmaakte offer van Jezus Christus, is hij boos geworden op ons. De wetenschap zegt dat 3% van deze erfelijk belast zijn. Nu is erfelijk belast zijn, uit dezelfde bron als de homofilie, de duivel, zo ook de homoseksualiteit.
Dit is de stand
Na ongeveer 15 jaar “charismatische beweging” zijn de inzichten en de opstelling in deze zaken nog dezelfde. Er klopt iets niet. Dit kunnen toch niet de priesters zijn, waar Petrus van spreekt? (1 Petr. 02:09). Onderwerpt u aan God; Hij weerstaat de hoogmoedige. Gij die innerlijk verdeelt zijt en naar buiten één wilt zijn. (Jak. 04:06). Jezus zegt tot de overspelige vrouw: Ga heen, en zondig niet meer. (Joh. 08:11).
Dit zouden de woorden kunnen zijn voor de homofiel, om tot bevrijding te komen.
Maar dan moet je er wel bij vertellen hoe dat mogelijk is, wat dan betekent, je eigen leer aan te, vallen, die zegt dat wij maar arme zondaars blijven tot de dood.
De ongehoorzaamheid aan Gods Woord, brengt de mens in verwarring en verkromming. Zij willen een weg gaan op hun voorwaarde en wat past in hun uitgedachte leer. Om duidelijk te zijn: Zij schrijven God de wet voor.
Jezus genas allen die door de duivel overweldigd waren. Hij had elke dag met onreine geesten te maken. Hij dreef de boze geesten uit. (Luc. 13:32). En Hij noemde hen ook bij de naam. De mensen die Jezus in de vrijheid stelde en bevrijdde van onreine geesten, maakten zich ook schuldig aan hoererij en homoseksualiteit. Deze gruwel is al van de beginne geweest. Lees de brief van Paulus aan de Romeinen, Rom. 01:18-31. Denk aan Sodom!
Verheerlijk God… ook met uw lichaam
Paulus schrijft dat zij, hoewel zij God kenden, Hem niet als God hebben verheerlijkt of gedankt. Maar het was duister geworden in hun onverstandig hart. Dit waren geen onwetenden en nu is het niet anders. Het liegt er niet om. Ze hebben zelfs Gods Woord misbruikt tot verdediging (de liefde). Bewerende wijs te zijn, zijn zij dwaas geworden. Zij hebben God vervangen en allerlei vreemde leer in de plaats gesteld van Gods Woord. Wij leven in een andere tijd, is het meest voorkomende excuus God moet zich maar aanpassen bij deze ontwikkeling.
Daarom heeft God hen overgegeven aan onreinheid en lichamelijke hartstochten, waarbij het lichaam onteerd wordt. Zij hebben de waarheid Gods vervangen door de leugen. Het schepsel (de begeerte van hun lichaam) boven de Schepper gesteld.
Als wij Gods Woord verkrachten, laat Hij ons los. Wij weten toch beter. Zij erkennen God niet en worden vervuld van ongerechtigheid, boosheid, slechtheid, moord, twist, enz. Zij zijn lasteraars en zelfs haters van God. Denk aan het homofielen feest in oktober j.l. in Amsterdam, onder super leiding van ons aller Mies. Zij zijn hun ouders ongehoorzaam en onverstandig, zonder barmhartigheid en genadeloos. Daar weten wij ook van.
Er is geen excuus
Daarom, o mens, wie u ook bent, er is geen verontschuldiging. Zonde is een besmettelijke ziekte, zo ook homoseksualiteit. En het zal steeds meer toenemen. Dan is de vraag van deze, wat is zonde? Als je Gods wetten niet erkent, kan je ook niet zondigen. Dit is de vrijbrief om met je leven en lichaam te doen wat je wilt. De Bijbel zegt dat zonde is: Je leven niet te geven aan Jezus Christus, de enige rechtmatige Eigenaar. Het doel van elk mens is Gods Naam verheerlijken. Dit kan nooit anders dan uit de Heilige Geest.
God vraagt niet van ons of wij naar een kerk gaan, waar dan ook de homofielen kunnen zitten, maar: ben je van mij? Hij is een heilig God. Hij is onze Eigenaar en Hij zal ons leren hoe wij moeten leven. Jezus heeft zich laten kruisigen voor elke homofiel en lesbische vrouw. Hij stelt maar één voorwaarde – voor ieder op te brengen – en die is: Geef Mij die puinhoop die je van je leven hebt gemaakt. En Ik zal er een tempel van maken, rein en heilig. Heb daarom de zonde niet lief, want dit is de weg naar de afgrond. Mensen van “Vuur” of van welke groep ook: Laat je dopen in water en de Heilige Geest. Dit is een daad van gehoorzaamheid. Niet de synode heeft het oordeel, maar het Lam Gods, voor de wereld geslacht. Daar horen ook de homoseksuelen bij en allen die Hem gehoorzaam zijn geworden. Gij zijt van Christus tenminste, als de Geest van Christus in u woont! Dan gaat het vuur branden, tot eer en glorie van Zijn Naam!
Hieronder volgt de inhoud van de brief die br. Glasbergen schreef aan de heer Meeldijk, medewerker van “Vuur”. Van de publicatie van deze brief is de heer Meeldijk op de hoogte. Hij had er geen bezwaar tegen. Bovendien heeft br.
Glasbergen een goed gesprek met hem gehad. – red.
Brief aan de heer Meeldijk door H. J. Glasbergen
Rijsbergen, 28-1-’78 Geachte Heer Meeldijk, In “Vuur”, januari 1978, lezen wij op blz.16-17: “Genezing der herinnering” door M. Meeldijk. Het verhaal van Ruth Carter en de genezing van een homofiel.
Noot van de redactie van “Vuur”: “Dit positieve verhaal willen wij bepaald niet zien als een dogma voor homofielen. Zoals een genezingsgetuigenis niet betekent dat alle zieken genezen worden. Zo betekent dit niet dat alle homofielen zo genezen worden, maar zij zullen met hun homofilie dikwijls moeten leren (samen)leven”.
Dit betekent een vrijbrief, of excuus voor homofielen om in hun zondige levenswijze te volharden; die God een gruwel is. Dit zeggen de vrome geesten. En dit zou dan de boodschap zijn voor de kerk van Jezus Christus?
De woorden van Jezus: Ook Ik veroordeel u niet. Joh. 08:11, worden misbruikt, en met opzet verkracht, want Hij zegt ook: Ga heen en zondig niet meer.
De wetenschap erkent dat homofielen niet geboren worden maar gemaakt door een verkeerde opvoeding. Zo ook verworven op een latere leeftijd. Het verhaal van deze jongen is een bewijs, die werd misvormd tussen 9 en 14 jaar.
Er was een oorzaak en een begin. Zo ook in Nederland, waar de homofielen en lesbische slachtoffers komen uit ongelovige, maar ook uit kerkelijke gezinnen, waar geen enkel inzicht is in de geestelijke wereld, zo ook de kerkelijke leiders. De duivel infiltreert in ons denken, en daardoor in ons lichaam. De kronkel zit niet in het lichaam, zoals velen denken. Rom. 01:18-32 is voor deze tijd. Vele jonge mensen met een lege ziel, worden zo overweldigd door de onreine geesten, volkomen weerloos als zij zijn, gaan zij volkomen de duisternis in.
Reinig eerst de binnenzijde van de beker, dan wordt hij ook van buiten rein. Door het negatief gericht geloof en uit de leer van de kerk, kan er nooit een overwinnend leven aan, over de machten der duisternis.
Elk mens dat zijn leven aan Jezus geeft (letterlijk) en een discipel van Hem wordt, maakt Hij tot een nieuwe schepping, de wedergeboren mens. Onder goede geestelijke leiding wordt deze mens hervormd in zijn denken, en zal hij of zij, weer een normaal, natuurlijk leven kunnen leven. Er zijn veel’ getuigen. Veel homofielen zijn al gelukkig getrouwd, door de kracht Gods bevrijd van alle onreine machten, door welke zij overweldigd waren. Deze bevrijding heeft niets met wetenschap te maken, maar is Gods wil, en tot eer en glorie van Zijn Naam. Hij maakt ons vrij van de zonde machten. Eerst dan kunnen wij leven met Hem in een reine, heilige gemeenschap. Eerst dan zijn wij overwinnaars met Christus.
Je kunt je eigen weg gaan, en de zonde liefhebben, die christenen zijn er ook. Het grote lek van deze is, dat zij zich niet onderwerpen aan Gods Woord. Rom. 06:01-14 spraakt niet alleen over de doop, maar ook over het sterven en begraven van de oude mens. Om op te staan tot een nieuw leven; door de kerk vergeten. God kan een mens niet veranderen, die het zo goed weten en Hem willen onderwijzen. Als wij niet gehoorzaam worden, laat Hij ons los, en blijven geestelijke tobbers.
Hij heeft ons een wil, verstand en een hart gegeven, om ons bewust aan Hem te onderwerpen. Het is Zijn wil dat wij heersen over de duivelse machten der hel. Zijn gemeente (kerk) zijn tempels van de Heilige Geest, en God is een heilig God.
Daar is geen plaats voor homofielen en lesbische mensen die (samen)leven. Een dergelijke leer is een hoon aan God en aan het bloedoffer van Christus. Dit is een onheilig vuur, een vuur niet geschikt voor het reukoffer altaar.
Arme overweldigde zondaren in hun moeras te laten zitten, met veel vrome woorden, heeft niets met de liefde van Jezus Christus te maken, maar is onmacht.
Alleen de waarheid kan ons vrijmaken, zegt Gods Woord, dit is enkel positief. Jezus Christus maakt nu nog alle homofielen en lesbische mensen vrij van zonden. Maar niet zij die “Here, Here” roepen, maar doen de wil van de hemelse Vader. Alleen zij die tot Hem komen op Zijn voorwaarde, stelt Hij in vrijheid. Wij spreken uit ervaring, niet uit theologie, wat de mens niet kan helpen.
Eén vraag nog: Wordt Gods Naam verheerlijkt in de ‘noot van de redactie’?
Gods zegen toegewenst.
- J. Glasbergen, Rijsbergen.