Liefhebben en bemind worden

 

Er worden vanochtend geen teksten geprojecteerd, want die paar, die ik gebruik, die ken je wel.

Het gaat trouwens ook meer om de gedachte dan de manier waarop het gezegd is. Anders bestaat je leven uit teksten, en dat lijkt me een verschrikking.

We kregen een paar weken geleden een kaart van een paar vrienden uit Ierland. Daar stond een prachtige spreuk op: Er is slechts één geluk in het leven: liefhebben, en bemind te wórden. En dáár wil ik het eens over hebben.

Dan moeten we eerst eens even terug naar het begin. En aangezien wij van Gods Geest hebben ontvangen, die bij dat begin wàs, herinneren wij ons het begin.

De Geest brengt je alles te binnen wat tóen gebeurd is. Dus wij kunnen ons dat weer te binnen laten brengen.

Ik ga terug naar het begin over man en vrouw. Verwacht van mij geen verhaal of moralistisch geklets over een huwelijk, want veel mensen doen dat graag. Maar het gaat mij om het beeld ‘man en vrouw’ als de werkelijkheid van Jezus Christus en Zijn vrouw, de Gemeente. Dat is het eerste. En later is man en vrouw ook nog beeld van de totale mensheid en God. Want uiteindelijk huwt Hij de totale mensheid.

De eerste Adam, de eerste mens, vond het helemaal niks zo helemaal alleen. Toen heeft God een hulp gemaakt die bij hem past. Dat is een wonder op zich.

De vertaling Reisel zegt: iemand hem gelijkwaardig. Onthoudt goed, ik heb het over Jezus en Zijn vrouw! Hem gelijk-waardig.

In een oude Statenvertaling staat: een hulpe tegenóver hem. Als je je daar nou eens in verdiept, dan is dat best mooi; want geliefde mensen, dus mensen die van elkaar houden, kijken elkaar aan.

Dat is toch ook het mooiste wat er is! Elkaar aankijken, je hoeft niet zoveel meer te zeggen; maar je snapt en je begrijpt zoveel.

En wat lees je in elkaars ogen?

Dát zijn nou de geheimenissen van het Koninkrijk wat Jezus bedoelt.

Dat geheim heeft alles met liefde te maken.

Want dan lees je dat er een rib uit Adams’ lijf wordt getrokken, het kostte hem een rib uit z’n lijf, en daar werd dan Eva van gemaakt. Nou, dat klopt helemaal niet.

Het woord dat daar staat voor rib, dat nog een keer of vijfendertig voorkomt in de bijbel, wordt nooit met rib vertaald.

En dan Adam met een rib minder…., ik kan me dat niet voorstellen.

Reisel zegt, dat is geen goeie vertaling, maar dat is ‘component’.

Het is één van de wezenlijke delen van Adam geweest, waaruit God de vrouw schiep.

En omdat het een component is van hem, kan hij dus niet zónder! Dan ben je pas één als je samen bent. Ze kunnen niet zonder elkaar, want ze horen bij elkaar. Wat zou er door God heen gegaan zijn, toen Hij dat gedaan had, ik stel het maar even kinderlijk voor, en Adam doet z’n ogen open, en ziet daar een wezen dat hij nog nooit had gezien. Zullen de handen van God getrild hebben, en dat Hij er bij heeft staan kijken: hoe zou hij daarop reageren, hoe zou dat worden?

En Adam komt tot een prachtige conclusie, hij zegt: dat is er één van mijn soort, dat soort heb ik nog nooit gezien!

Vlees van mijn vlees, net zo’n lichaam, met botten zoals mijn gebeente.

En gebeente betekent in het Hebreeuws ook identiteit hoor.

Gebeente is een prachtig beeld van iemands identiteit.

Stel dat jij geen geraamte had, dan was je een lege zak. Dan had je dus helemaal niks.

Gebeente komt in verscheidene Psalmen ook voor. Dus ‘mijn identiteit’.

Denkt nou maar  steeds weer door aan de werkelijkheid van Jezus en Zijn vrouw.

Er kwam een diepe slaap over Adam, en daarna was dit gebeurd. Die diepe slaap is een beeld van dood en opstanding van Jezus.

En dan doet Adam z’n ogen open…., (snap je hem) en moet je eens kijken wat er gebeurt!

Er staat in de bijbel: God bouwt een vrouw. Het Nederlandse woord voor bouwen heeft een schitterende betekenis. Dan moet je niet alleen aan huizen of aan landbouw denken.

Maar het Nederlandse woord ‘bouwen’, heeft drie betekenissen: doen groeien, laten ontstaan, en zelfs scheppen. Hoe vind je dat? Wàt een mooi woord is bouwen!

Scheppen, doen groeien is een proces.

Dat groeiproces van die vrouw gaat niet bij toverslag. We zitten allemaal in dat wordingsproces.

En als Adam dan die vrouw ziet, kijken ze elkaar aan, en wat ontstaat er dan? Dan ontstaat er binnen in je zó’n diepe blijdschap dat je iemand gevonden hebt die op je lijkt, iemand met dezelfde gedachtenwereld.

Ik heb het twee keer gehad tijdens een aanbiddingsdienst, dat er ineens een stem in mij opkwam: ‘beseffen jullie wel wat jullie voor Mij betekenen?’

Dat is een vraag van onze Heer.

Beseffen jullie wel wat jullie voor Mij betekenen? Als Ik naar jullie kijk, en we kijken elkaar in de ogen, wat lezen we dan? Die diepe blijdschap, dat geheim dat we samen delen.

Dus je moet nagaan dat Hij dus een vrouw heeft die Hèm gelukkig maakt.

We hebben het zó vaak over dè Heer, dàt is dan je blijdschap…., maar draai het eens om, dat Hij je aankijkt, en dat jij de vervulling bent van Zijn verlangen en Zijn blijdschap. Hoe diep dat zit bij Hem.

Een vrouw die Hèm gelukkig maakt! Beseffen we dat? Dat is zó goed voor je minderwaardigheidsgevoel.

We hoeven niet eindeloos te herhalen dat je van grote waarde bent. Dat bèn je wel!

Als Jezus dat van jou vindt, is dat het einde van jouw minderwaardigheids-complex.

Besef je wat jij voor Mij betekent? Petrus, heb je het door, jongen?

En dan wordt er van Adam gezegd, een hele merkwaardige tekst: Daarom zal een man z’n vader en moeder verlaten, en z’n vrouw aanhangen en ze zullen één zijn.

En die vrouw dan? Maar dit duidt op de Christus, op Jezus!

Want man en vrouw hóren bij elkaar, en als dat uit elkaar getrokken wordt, dan gaat die man weer zoeken. ‘Ik ben mijn vrouw kwijt’. Dat is toch verschrikkelijk?

En wat is er gebeurd, even kort door de bocht, toen Jezus het uitbrulde: waarom hebt Gij mij verlaten?

Hij móest Zijn Vader even verlaten, en ook Z’n moeder. Dat zijn degenen die om Hem heen zijn. Dat heeft Hij wel eens verteld. Als je m’n moeder zoekt, dan zitten ze hier.

Hij heeft de Vader moeten loslaten en Hij heeft ook Z’n vrienden moeten loslaten. En toen is Hij de confrontatie met de dood aangegaan. Waarom? Voor Z’n vrouw! Z’n meisje! Ja, zóveel houdt Hij van mensen!

Hij heeft z’n Vader en moeder verlaten om de mensheid weer tevoorschijn te halen; wakker te kussen. Dat is zo’n teer gebaar.

Iemand wakker kussen die sliep, (en slapen is altijd een beeld van de dood) en weer met Zich en met God te verbinden. Dát is nou het nieuwe verbond.

God zei: zullen we mensen maken die op ons lijken? Die vraag heeft Hij natuurlijk ook aan Jezus gesteld. En Jezus stelt die vraag ook aan Zijn vrouw. Mensen maken.

Maken is zo’n naar woord, je hoort het wel eens: kindjes maken…., wat is dat nou voor een rotwoord.

Zeg maar ‘scheppen’. Wij zijn ook geroepen om in andere mensen iets wakker te roepen wat ze zich vaak niet eens bewust zijn. Dat ze geroepen zijn tot een eeuwig leven. Dat er in hen de mogelijkheid zit om zich met God te verbinden.

Prediker zegt dat het eeuwigheids-verlangen van nature in een mens zit.

Veel mensen vullen dat eeuwigheids-verlangen maar een beetje op, en als we dood gaan, dan zullen we het wel zien….

Maar elk mens verlangt toch naar eeuwig léven? Durf je dat tevoorschijn te roepen? Dat ze een beeld van God kunnen worden.

Een ander woord voor ‘een beeld van God’ is een gelijkenis. Dus de mooiste gelijkenis is de mens die op God lijkt.

Wie is God? Nou, zegt Jezus, kijk maar naar Mij! Zó eenvoudig is het.

Dát is nou die schat in de akker!  De akker is een beeld van de menselijke geest.

En die schat in die akker is dus de mogelijkheid die in die akker zit, om tevoorschijn te brengen wat er in gezaaid wordt.

Het woord Gods wordt er in gezaaid, dat is een zaad. Dan komt de mogelijkheid op uit die akker om mensen Góds te worden; Gods mensen! Hemelse mensen! En daarom zaaien wij ook dat Woord uit.

Zaai maar rustig door. Wie er open voor staat, ontvangt het en daarin krijgt het gestalte, en bij wie het afketst…, nou, jammer dan.

Maar die zaaier heeft er geen stap minder om gezet. Hij ging rustig door. Waar het ook viel, want er is zaad zat!

Dat doet me ineens denken aan Petrus, ze zijn met een paar discipelen bij elkaar, en ineens loopt Jezus weg met Johannes.

Petrus ziet dat, hij wil de boel altijd graag onder controle houden, en hij zegt: hoe moet het nou met Johannes? En Jezus draait zich om en zegt: ‘wat kan jou dat schelen joh, volg jij Mij maar’. Dát is het! Ken je die vraag? Hoe moet het nou met die…., en hoe gaat nou met….., en hoe..?

Verlies de controle maar hoor, dat is een hele ontspanning.

Volg jij Mij maar! Dat is altijd goed!

Ja, kun je me volgen?

Dus dat zaad Gods, dat Woord van Hem, is een levensbeginsel. En dat levens-beginsel zit in jou. En dat had Maria goed begrepen. Als ze dit hoort, hoort ze ineens dat zinnetje: er wordt iets heiligs in je verwekt. Zó! Ja, buitenechtelijk.

En dan zegt ze: laat maar gebeuren wat u zegt, mij geschiede naar Uw woord.

Geschiede is een heel mooi Nederlands woord dat te maken heeft met worden en geboren worden. En dat hebben wij ook gezegd.

Jezus is eerst een ‘vlees-mens’ geweest, gewoon mens, en na Zijn wedergeboorte komt de nieuwe mens naar voren.

Mij geschiede naar Uw woord.

Zo’n gedachte, wat er in jou aan het worden is, dat wordingsproces, daar moet je eens op gaan kauwen, en nog eens kauwen. Tenslotte zijn we allemaal vee.

Als ik zo rondkijk, zie ik dus een heleboel schapen, koeien, geiten, herten…, noem alles maar op. Maar je begrijpt dat ik naar je inwendige mens kijk.

Maar dat zijn wel allemaal herkauwers!

De kudde Gods bestaat uit hèrkauwers!

Ruminaren, zeiden de oude kerkvaders. Dat is zó belangrijk!

Meer zeg ik er niet van, maar Ger en Duwart noemen dat een Ikea-preek.

Je krijgt van alles mee naar huis, en zet het thuis maar in elkaar. Een Ikea-preek. Dat is een leuke hè?

Dus ik ga niet alles uitwerken; er moet wat te herkauwen overblijven.

Ik wil nog wel een voorbeeld geven van herkauwen.

Ken je die merkwaardige tekst, waar ik geen bal van begreep: ‘Wentel uw weg op de Here, en Hij zal het maken?’

Ik dacht: ‘wentel uw weg…’, wat moet ik me daarbij voorstellen? Een steen of zo?

Uw weg….., is dat dan mijn weg? Een steen…, en dan op de Heer…, nou, daar zal Hij toch ook niet om zitten springen….

Als het goed is moet je hiervoor een bende vertalingen naast elkaar lezen. Dan wordt het vanzelf wel duidelijk wat er geprobeerd is te vertellen.

In de Naardense bijbel staat gewoon: ‘Cirkel al je gangen’, in plaats van ‘wentel uw weg’. Nou, dat zet je al een beetje aan het denken.

En in een Engelse vertaling vond ik iets prachtigs: Ontsluit je levensloop.

Hééé, dus ik, die eerst afgesloten was, door wàt voor oorzaak ook, durf ineens de boel te ontsluiten. De grendels er af te trappen.

Want sommige mensen zeggen: Jáááh, dat klinkt wel mooi, maar ik vertrouw mij toe aan de Here….. Nou, dat is prachtig, maar je hebt je broeders en zusters gekregen, de betrouwbaren althans, aan wie jij je durft toe te vertrouwen. Dat woord vond ik ook in een vertaling: to commit.

Durf jij je toe te vertrouwen aan iemand die betrouwbaar is; dán ontvang je genezing, want Hij zegt: Ik zal het maken, herstellen, beteren.

Durf het maar te zeggen.

De discipelen waren geen afgesloten, afgegrendelde figuren. Ze bemerkten de betrouwbaarheid van de Zoon en durfden de dingen te zeggen. Ze zeiden ook van alles tegen Hem.

‘Leer ons bidden’, en: ‘wie van ons is de meeste’. Ik bedoel dus dat zij dat durfden te zèggen! Ze hadden dus vrijheid van spreken. Ze waren niet bang voor Hem dat Hij de boel zou veroordelen.

Ontsluit je levensloop!

Dan gaat het dus niet zozeer over je aardse levensloop hoor.

Het gaat om je wordingsproces, want dat is een loop, een gang, je wordingsproces in de hemel, als vrouw van Jezus.

Geen bruid! We zijn geen bruid van Hem. Er staat zelfs in één van onze liederen zoiets. Maar ja, er staan wel meer dingen in de liederen waar ik het beslist niet mee eens ben, dan hou ik mijn mond gewoon dicht. Wat geeft dat nou, de rest is toch heerlijk?

Vroeger werd al gezegd: de gemeenschap des heiligen Geestes. Ja, maar we hebben dus die geestelijke eenheid met Hem dóór de Geest! Dáárom ben je Zijn vrouw!

In de eerste plaats is er dat wordings-proces van die vrouw en ondertussen ook het wordingsproces van wat er in haar aan het groeien is: die Zoon!

Dat zijn twee wordingsprocessen die parallel lopen.

Dus het wordingsproces van háár en het geboorteproces van die Zoon in haar.

Dat is een volwassen kind hoor, dat is niet een baby. Het staat er ook, het is een man!

Als je dát nou ontsluit; daar heb je het als vrouw natuurlijk over tegen je man.

Dan vraagt hij aan zijn vrouw: ‘Hoe ver is het? Hoe voel je je? Hoe gaat het nou met je?’

En onze Heer is zó bescheiden dat Hij in dat verhaal van Openbaring 12 zelfs helemaal niet genoemd wordt, waarbij die vrouw een kind moet baren onder zware verdrukking. Hij wordt niet eens genoemd, maar reken maar dat Hij haar hand vast- grijpt.

Hij pakt haar hand vast en zegt: ‘meid, hou vol! We kùnnen het samen.

Als ze het uitschreeuwt…., ik ben altijd benieuwd naar wat ze uitschreeuwt.

Nou, je zult het zelf ook wel eens een keer hebben  uitgeschreeuwd, en dan niet alleen van pijn, maar ook gewoon van een geestelijke druk.

En als het per ongeluk een vloek is, dan kijkt de Heer daar wel aan voorbij hoor. Hij ziet de benauwdheid waar je in zit.

Je schreeuwt om gerechtigheid.

Want kijk, die vrouw is bevrucht door haar Man. En tijdens die geboorteweeën, dat proces, houdt Hij haar vast.

Daarom vind ik het woord openbaring zo mooi.

Openbaring betekent: ‘ontsluiering’, apocalips. Er gaat een sluier af.

Het geheim van God om mensen tevoorschijn te brengen, die op Hem lijken, dat geheim ontwikkelt zich in de vrouw van Jezus. Mensen Gods, een volwassen geestelijke mens. Van Goddelijke oorsprong.

Moet je eens nagaan waar wij het over hebben. En het woord ‘openbaren’, is best een aardig woord: je ‘baart’ het. En dàt gaat met moeite. Dat gaat echt met veel moeite. Maar het gaat erom dat de Christus weer openbaar wordt!

De gezalfde mens, dat is een Christus.

Er komen een hoop valse christussen, die hebben een verkeerde geest; maar er zijn ook ware christussen, christenen. Ja, het woord is wat versleten.

De Christus wordt openbaar in gewone mensen.

Dat betekent eigenlijk dat het beeld Góds

openbaar komt! Dat je kunt bekend maken wie Gód eigenlijk is.

Ken je die uitdrukking van Paulus?

De vrouw is de heerlijkheid van de man.

Maak die nou maar geestelijk, dat lijkt me wel zo handig.

De gemeente is de heerlijkheid van Jezus. Heerlijkheid betekent dat je alles kunt doen wat God wil. Hoe dan ook.

De vrouw is de heerlijkheid van de man.

Ken je die tekst dat er een teken verschijnt in de hemel? Matth. 24:30.

Dat teken in de hemel is de Zoon des mensen die komt in Zijn heerlijkheid. Dat is de Gemeente! Dàt is dat teken! Dàt wordt openbaar!

En als wij verschijnen, dat betekent aan mensen openbaar worden, dan verschijnt Hij mèt ons.

De Christus onder u, staat in Col.1:7b, dat is de kern van het evangelie: Christus onder u, de hoop der heerlijkheid. En dat is de heerlijkheid van de Zóón! Je openbaart Zijn heerlijkheid.

En de Zoon zegt: Ik ben bezig om de heerlijkheid van mijn Vader te openbaren! Het wezen, het karakter. Dáártoe zijn we geroepen. Dàt krijgt alle aandacht. Dat is een voltooide Gemeente.

Dat is het geheimenis van God. Wat is Hij daar al lang mee bezig hè?

Dus als je zegt: Uw wil geschiede, dan zijn daar een hoop domme opvattingen over.

Eigenlijk is een mooiere vertaling: Uw verlangen worde geboren en is in wording.

Uw verlangen! Want achter het huwelijk tussen de Zoon en zijn vrouw, zit nog steeds, altijd, het diepste verlangen van de Vader om ooit met de mensheid te huwen.

Dát duurt nog wel even.

Dat is mooi hoor, Uw wil geschiede. Dat is een aansporing. Waarom?

En wat is Gods diepste verlangen? Een gelijkwaardige vrouw naast Hem. Maar dan heb ik het over de verre toekomst. Eerst gaat het om de Zoon en zijn vrouw gelijkwaardig te laten groeien.

Ik maak nu een grote sprong.

Als alle eerste dingen voorbij zijn gegaan; en we hebben het duizendjarig rijk gehad en de boel is hersteld; en alles is voltooid…

Er staat in het Grieks Sunteleia,  voltooiing, dat betekent: de vereniging van hen die een gemeenschappelijk taak te verrichten hebben.

Dat ‘sun’ betekent samen. Jezus zegt: alle dingen zijn Mij overgegeven van de Vader, en dat geef Ik ook aan jullie, en zo gaan we samen aan het werk.

En als die schepping dan helemaal voltooid is; alle dingen zijn nieuw geworden, (dat is verre toekomst hoor) en stel je het maar even plastisch voor dat Jezus zich met Zijn vrouw omdraait naar de Vader, en wat zou Hij weer zeggen? Vader, het is volbracht! Ja, dat is wat?

En daarná krijgen we de bruiloft van het Lam. Dan is het begrip ‘Vader’ afgelopen, want dan wordt Hij weer Man! Ik bedoel ‘echtgenoot’.

Dat heb ik gevonden in Hosea, en dat vond ik wel grappig. Ik vond daar een heel merkwaardig tekstje in Hosea 2:1: het wordt tijd dat je je moeder aanklaagt, (want ze had de boel verpest). En dan zegt God: want zij is mijn vrouw nièt en Ik ben haar man niet.

Daar heb je het dat de hoop van God de grond in werd geboord. Daar wordt het begrip ‘man’ gebruikt voor God zèlf.

Ik geloof dat ik haast voldoende gezegd heb, want er valt heel veel te herkauwen.

Ik wil nog graag een profetie, een beeld, voorlezen. Dat is hier door Joske Tänzer uitgesproken, en het heeft ook in de Prisma gestaan, van twintig jaar geleden.

Twintig jaar!

Ik zag Jezus, en vóór Hem, met het gezicht naar Hem toe, stond een vrouw. De vrouw ging van Hèm uit.

Hij schiep haar; legde de hand aan haar en een stem klonk, die zei: Mijn vrouw, een component uit Mij genomen; ze gaat van Mij uit. Ik roep haar tot aanzijn.

Tegelijkertijd wàs de vrouw er al, terwijl ze toch onder dit woord aan het worden was.

Wat me hierin opviel, was, dat we vaak zeggen dat we de kleding van de Heer krijgen. Maar hierin wordt duidelijk dat niet alleen de kleding en de versieringen van Jezus uitgingen, maar de totale vrouw in haar geheel.

Toen ging er van de Heer een hoofd-sieraad uit, een diadeem. Dat is een krans, of een kroon. Die heeft Hij op Zijn hoofd. Denk aan de kroon van het eeuwige leven; de diadeem van de schitteringen van het Woord.

Een ronde band die om het voorhoofd wordt gedragen, met in het midden een prachtig, veelkleurig, glanzend medaillon, dat op het midden van het voorhoofd hangt.

En de Heer zette die band om het hoofd van de vrouw.

Van de vrouw ging een identiek sieraad uit, dat ze aan Hem gaf en Hij deed het om Zijn hoofd.

Terwijl dit gebeurde, klonk er een stem, die zei: hierin ligt een groot geheim besloten.

Wat me het meeste trof was, dat de sieraden identiek waren.

En terwijl deze dingen gebeurden, bespeurde ik toch bij de vrouw dat ze zich niet helemaal bewust was van wat er gebeurde. Aan de ene kant wel, aan de andere kant niet. En dit bracht haar in onrust en maakte haar onachtzaam wat betreft het sieraad, maar dat was ze zich niet bewust. Net als een kind dat niet kan wachten op het zich laten aankleden voor een feestje. Het is te ongeduldig en past niet goed op z’n kleren.

En de Heer zei: Vrouw, wees je bewust van wat er in de hemel bezig is te geschieden. En wees je bewust dat de man zijn sieraad draagt voor zijn vrouw, en zijn vrouw voor hem. Het is het geheim tussen hen, en dat wordt gekoesterd in de omgang met elkaar in de binnenkamer, waar het tot volheid komt.

Ik vroeg Hem naar het geheim van het medaillon. En Hij zei: de glans van haar wezen, door Mij tot aanzijn geroepen, van Mij uitgegaan, dàt is Mijn heerlijkheid! En daarom zijn beide sieraden identiek.

 

Dit heb ik ook twintig jaar bewaard in de bijbel. Want het heeft me toen zó diep geraakt. Mooi hè?

Er is slecht één geluk, bemind te worden en te beminnen.

Wij zijn de vrouw die Hem gelukkig maakt!

Amen.

 

Vader, hier worden we stil van.

Als we elkaar aankijken, en U naar ons kijkt, naar Uw Zoon en Zijn vrouw.

Ik kan er geen woorden voor vinden maar het gebeurt.

Dat kostbare geheim, dat U nooit hebt losgelaten. Wat is dat toch onze blijdschap; Uw blijdschap wordt de onze. En dat we gelijkwaardig worden aan elkaar. Mooi hoor.

Amen.

 

Duurt Sikkens d.d. 17-4-2011